arch/ive/ief (2000 - 2005)

Congo-Expo / Congo staat weer op de kaart (Edito)
by Raf Custers Monday, Feb. 21, 2005 at 11:27 PM
raf@indymedia.be 0476-954290

"Het geheugen van Congo", de tentoonstelling in het Afrika-museum van Tervuren, laat steken vallen, manipuleert zelfs onze kennis over Congo. Maar ze toont ook hoe nauw de Belgische geschiedenis met die van Congo verstrengeld is en hoezeer de Belgische welvaart uit Congo komt. Wie goed naar de expositie kijkt, trekt zich ook het hedendaagse Congo aan.

"Iets over Congo op school? Njet", zegt de Congolees-Brusselse muzikant Pitcho in een filmpje dat loopt in de expositie. Hoe zat dat tussen België en Congo? toen ons land nog Congo's koloniale meester was, en ook daarna toen Belgische politici aan Congo's dictator Mobutu gingen verklaren dat ze "houden van dit land, zijn volk en zijn leider", hoe dat zat, dat behoort niet meer tot de banale bagage van de Belgen.
Het onderwijs doet er weinig aan. De officiële relaties zijn vanaf 1990 verzuurd; vandaag sturen de ministers alleen nog contradicties uit als boodschap: De Decker meent het met Congo, De Gucht vindt er economisch niets meer aan en haakt af.

Allicht voelt een doorsnee-Belg zich meer of minder betrokken bij Congo al naargelang ons land meer of minder "zaken" doet met Congo. Als de ontwikkelingshulp een graadmeter is: helemaal aan het eind van de tentoonstelling hangt er een grafiek met cijfers. Van 1960 tot 1990 besteedde België in totaal circa 7,4 miljard dollar aan hulp, waarvan het gros naar Congo ging. In 1990 daalde de hulp aan Congo voor het eerst onder 100 miljoen dollar.
 

Wie Congo probeert uit te leggen aan een breed publiek, merkt het keer op keer: weinig mensen hebben nog voeling met Congo, of zoals de Jozef De Witte – de vorige baas van 11.11.11 -  het zei: "weinig mensen hebben nog missionarissen in de familie". Er is een tijd geweest dat Kivu bekend terrein was omdat Belgen die in Congo werkten daar hun vakantie doorbrachten en de natuurparken en vulkanen bezochten. Nu missen doorsnee-Belgen zulke banale referenties waar ze andere, veel dramatischer kennis kunnen aan vastknopen. Zo heeft Congo de volgens sommigen "bloedigste oorlog sedert de Tweede Wereldoorlog achter de rug", bijna 4 miljoen doden in vijf jaar tijd, en tijdens die oorlog is Kivu onder de terreur van de legers uit Rwanda, Burundi en Uganda gebukt gegaan.

Op de kaart

Van deze expositie, en alle evenementen errond, mag je dus verwachten dat ze Congo voor een breed publiek weer op de kaart zet. Dat doet ze ook, met harde cijfers over de economische banden tussen het moederland en de kolonie. De presentatie van die statistieken is niet geslaagd, statistieken laten zich niet makkelijk lezen. Maar dat er kolossale hoeveelheden grondstoffen uit Congo zijn weggehaald, is klaar. En ook dat Congo van levensbelang was voor de politieke stabiliteit in België, en dat een paar Belgische kapitaalgroepen zoals de Generale Maatschappij en haar dochter Union Minière van Congo ontzettend veel beter zijn geworden. Dit materiaal spreekt minister De Gucht, om er maar één te noemen, radikaal tegen, die verkondigt dat België in Congo alleen nog wat humanitaire werk zou moeten doen. Leer uw geschiedenis, mijnheer de minister: Congo is een creatie van België maar België is ook een creatie van Congo en dat gegeven schept wel degelijk verplichtingen.

De tentoonstelling en haar makers geven echter ook ronduit foute referenties mee. Ze erkennen dat het Belgische koloniale regime gepaard ging met een buitensporige, gewelddadige onderdrukking. Maar ze proberen dat geweld in de tijd te beperken, het zou er enkel tijdens de "rubberperiode" onder Leopold-2 geweest zijn. Andere belangrijke informatie ontbreekt zelfs helemaal. "Hoe recenter de geëvoceerde periode, hoe groter de lacunes in de analyse", schrijft Ludo De Witte in dat verband. De Witte heeft in één van zijn boeken uit de doeken gedaan dat het Belgische koningshuis minstens stilzwijgend heeft ingestemd met de moord op Congo's eerste premier, Patrice Lumumba, in januari 1961. Die "interventie" schept een band voor de eeuwigheid tussen de twee landen, maar in deze expo zul je er tevergeefs naar zoeken.

Officiële geschiedschrijving

Waarom die fouten en blinde vlekken? "Internationaal wordt dit rijke museum beschouwd als het laatste koloniale museum", aldus Jan Blommaert. Naar verluidt heeft het Belgische koningshuis ook nogal wat aan dit Koninklijke Museum te zeggen. De tentoonstellingsmakers, onder leiding van "de gepensioneerde professor Vellut", bedrijven "gecanoniseerde geschiedschrijving". Hun woord wordt wetenschap. "Zeker in de begeleidende catalogus", schrijft Marc Reynebeau, "doen Vellut en anderen wel erg veel moeite om de nieuwe, kritische Congo-geschiedenis tegen te spreken".
Ze maaien de kritici het gras voor de voeten weg. In de gratis brochure met een "selectie van expoteksten" staan er bij voorbeeld twee aparte artikels over het geweld van de koloniale macht en telkens is de strekking dat de bezoekers allerlei populaire praatjes niet moet geloven. Een genocide? tien miljoen Congolezen vermoord? de bevolking door het geweld en de uitbuiting gehalveerd? Extravagante prietpraat, antwoorden de professoren Vellut en Marechal en met hen nu ook de gidsen die de bezoekers rondleiden.

Volgens Ludo De Witte is "baanbrekend historisch werk geleverd door mensen die buiten het academische establishment staan", zoals Daniel Vangroenweghe en ex-ambassadeur Jules Marchal. Marchal's zeer gedetailleerde maar moeilijk leesbare boeken zijn deels voor een groot publiek herschreven door de Amerikaan Adam Hochschild. Maar de professoren lachen Adam Hochschild en zijn bestseller over koning Leopold-2 weg met bespottelijke argumenten. Zo schrijft professor Philippe Marechal: "Marketing-technisch was de publicatie van dit simultaan in meerdere talen verschenen werk goed georchestreerd. Zo waren er vooraf persexemplaren beschikbaar en lichtte de de auteur wereldwijd zijn stellingen toe in interviews. De reacties bleven niet uit en sommigen beschouwden het boek als bijzonder onthullend". Is hier sprake van media-manipulatie, zoals Marechal doet uitschijnen? Van èlk nieuw boek gaan persexemplaren rond, en elk auteur doet niet liever dan toelichting geven aan de pers!
Vreemd! Professor Vansina, een "etnograaf met wereldfaam" die ver weg in de Verenigde Staten werkzaam is, schrijft – het citaat is van Ludo De Witte: "de bevolking van de kolonie is tussen 1880 en 1920 waarschijnlijk met de helft verminderd" door uiteenlopende factoren. Wie moeten we nu geloven?

Congo's geschiedenis van nu

Nog iets: waar zijn de Congolezen? De tentoonstelling is het werk van een equipe onder leiding van professor Vellut en zes commissarissen. Pas daaronder, in het wetenschappelijk comité, vinden we Congolese wetenschapslui. Bambi Ceuppens van de universiteit van Leuven: "de beperkte mate waarin Congolezen aan bod komen, weerspiegelt - ondanks de wetenschappelijke pretenties - een algemene trend: als het over het koloniale verleden gaat, treden Belgen eerder in dialoog met 'blanken' dan met de Congolezen met wie ze dat verleden delen". Alsof de Congolezen over hun eigen lot en geschiedenis niets te vertellen hebben? of over hoe je met die geschiedenis kunt omgaan? Zo schrijft de Congolese professor Isidore Ndaywel: "Dat men nostalgisch terugkijkt naar de gouden tijd van de kolonisatie, betekent nog niet dat men graag opnieuw gekoloniseerd zou worden, wel dat men de postkoloniale periode krachtig veroordeelt. In tegenstelling tot de Belgische publieke opinie, die blijkbaar gevoeliger is voor wat zich tijdens vijftig jaar Belgisch bewind in Congo heeft afgespeeld, richten de Congolezen zich resoluut op de geschiedenis die nu gemaakt wordt".

Dat zou de tentoonstelling moeten doen: het besef bijbrengen dat Belgen een Congolezen een ingrijpend stuk geschiedenis gemeen hebben en het daarom ook vandaag voor elkaar moeten opnemen. Dan maakt deze tentoonstelling echt iets los.