Indymedia.be is niet meer.

De ploeg van Indymedia.be is verhuisd naar DeWereldMorgen.be waar we samen met anderen aan een nieuwswebsite werken. De komende weken en maanden bouwen we Indymedia.be om tot een archief van 10 jaar werk van honderden vrijwilligers.

[Opinie] Vlaams regionalisme is ook een neoliberaal globaliseringsproject (reactie op de Gravensteengroep)

[Opinie] Vlaams regionalisme is ook een neoliberaal globaliseringsproject (reactie op de Gravensteengroep)

Twaalf academici reageren op De Gravensteengroep. 'Ze is blind voor de manier waarop zich op het politiek regionalisme een zuiver economisch liberaal regionalisme geënt heeft.' (Deze tekst kwam in de Standaard van 26/02/2008)

In 1904 werd de Gentenaar Edward Anseele de eerste socialistische volksvertegenwoordiger van ons land. Anseele werd niet verkozen door zijn Gentse achterban, maar wel door Franstalige arbeiders uit Luik. Deze Luikse arbeiders hadden ingezien dat ondanks de taalverwantschap met de toenmalige francofone economische elite en het gebrek daaraan met de Gentenaar, het toch Anseele was die het best hun belangen kon verdedigen. Dergelijke elementaire inter-nationalistische linkse reflex lijkt een deel van de linkerzijde heden ten dage te ontbreken. De Gravensteengroep noemt de Belgische staat terecht een product van de francofone economische elite die de Vlaamse sociaal-economische ontwikkeling decennialang verhinderde of minstens weinig ondernam om het toenmalige economisch tij in Vlaanderen te keren.

Wat de Gravensteengroep echter over het hoofd ziet, is dat de Belgische staat mettertijd ook het overheidsniveau werd waarop de Belgische strijdbare arbeidsbeweging haar belangrijkste overwinningen behaalde. Het Belgische niveau is vandaag ook nog altijd het belangrijkste niveau waarop solidariteits- en herverdelingsmechanismen ingebed zitten. De Gravensteengroep mobiliseert “de Verlichtingsfilosofie, het democratisch gelijkheidsbeginsel, een moderne visie rond decentralisatie, subsidiariteit, schaalverkleining en regionale autonomie” om haar regionalistische eisen in een links-progressief kleedje te steken. Ze is echter blind voor de manier waarop zich de laatste dertig jaar op dit -al dan niet modern en gerechtvaardigd- politiek regionalisme, een zuiver economisch liberaal regionalisme geënt heeft. Dit liberaal-economisch regionalisme zat er reeds in van bij het begin. Het Vlaamse regionaal economisch denken werd immers gedragen door een Vlaamse economische elite rond het Vlaams Economisch Verbond, weliswaar gesteund door de Vlaamse katholieke werknemersbeweging en haar partijpolitieke vertegenwoordiging. Maar sinds de opkomst van het neoliberalisme in late jaren 1970 nam dit Vlaams regionaal economisch denken een veel minder inclusieve vorm aan. Het Vlaamse economisch regionalisme werd een neoliberaal globaliseringsverhaal, gericht op het creëren van de meeste competitieve en technologische geavanceerde regio (Flanders Technology) of het ontwikkelen van een Vlaams grootkapitaal (Van den Brande‟s verankeringsstrategie). Wat ook de progressieve verdiensten van een democratisch politiek regionalisme zijn, we mogen niet blind zijn voor de neoliberale globaliseringsstrategie die zich er de laatste decennia op geënt heeft. Die strategie mobiliseert dit politiek regionalisme achter een agenda gericht op de afbraak van de nationale staat, omdat de nationale staat nu eenmaal het niveau is waarop de sociale verworvenheden van de arbeidsbeweging het sterkst ingebed zitten.

Het zou verkeerd zijn deze analyse af te doen als een uiting van een voorbijgestreefd en verkrampt nationalisme. Als internationalisten zijn wij voor een Europeanisering en zelfs globalisering van de solidariteit. Herverdelings- en solidariteitsmechanismen worden best ingebed op een geografisch zo ruim mogelijke schaal. Vanuit die optiek is regionalisering een stap achteruit. Het Vlaamse regionaliseringsproject, wat voor nobele bedoelingen er soms ook mee nagestreefd worden, schept mee de mogelijkheid voor de afbraak van hard bevochten solidariteitsmechanismen en een verscherpte concurrentie tussen regionale economieën.

Die tendens is nu reeds zichtbaar, zowel binnen België als daarbuiten (bv. fiscale concurrentie). Ze wordt gelardeerd met een regionaal revanchisme tegenover economisch armere regio‟s en hun bevolking. Zij moeten „geresponsabiliseerd‟ worden, desnoods door te dreigen met het opzeggen van onze sociaal-economische solidariteit. Voor de internationalistisch ingestelde linkerzijde is solidariteit niet voorwaardelijk. Het is geen pasmunt in onderhandelingen, maar de doelstelling van iedere links-progressieve strijd. Het Vlaams nationalisme mag dan al een progressieve dimensie gehad hebben onder het door een Franstalige conservatieve politiek-economische gedomineerde België, in de huidige zich globaliserende wereld speelt dit regionalisme, gewild of ongewild, vooral in de kaart van de afbraak van de welvaartstaat, de ondermijning van de arbeidsbeweging en de verscherping van de internationale concurrentie en dus sociale ongelijkheid. De manier waarop het politieke vijandsbeeld van de Vlaams-nationalistische beweging de laatste decennia geruisloos verschoof van de ondertussen verdwenen Belgische economische elite (de Brusselse Franstalige holdings) naar de Waalse arbeidsbeweging reflecteert het veranderend karakter van het Vlaams regionalisme.

In tegenstelling tot de Gravensteengroep die het enkel heeft over de belangen van de francofone bourgeoisie, denken wij dat een progressieve Vlaamse analyse ook oog moet hebben voor het project van de eigen Vlaamse bourgeoisie in haar poging om de winsten te laten stijgen en arbeidskosten te doen dalen. Het debat gaat niet alleen om de vraag of politiek regionalisme op basis van territorialiteit goed of slecht, efficiënt of inherent democratisch is, maar ook over de fundamenteel politieke vraag hoe dit gepaard gaat met de garantie op het behoud van solidariteitsmechanismen in een economisch globaliserende wereld. Voor de internationalistische linkerzijde ligt het antwoord voor de hand.

Stijn Oosterlynck (KUL)
Karim Zahidi (UA/UG)
Pascal Debruyne (UG)
Eric Corijn (VUB)
Maarten Loopmans (Erasmus Hogeschool Brussel)
Francine Mestrum (ULB)
Chris Kesteloot (KUL)
Jan Teurlings (Universiteit Amsterdam)
Bart Cammaerts (London School of Economics)
Pascal De decker (UA)
Piet Saey (Ugent)
Erik Swyngedouw (University of Manchester)

parla patois

Altijd eens interessant hoe men in buurlanden met identiteit en taal om gaat!!!!!

PARLA PATOIS MASSILIA SOUND SYSTEM

http://nl.youtube.com/watch?v=9sBJx0rbPsw

Ook niet van selectiviteit gespeend...

Daar waar dit antwoord erop wijst dat afstand dient genomen te worden van het neoliberale project dat een Vlaamse burgerij koestert, kan ik het er volledig mee eens zijn. Daar waar nationalisme leidt tot klassensamenwerking en onderschikking een burgerlijk project, is dit nationalisme rechts. Dat behoeft voor mij geen verdere discussie.

Misschien dat dit Gravensteenmanifest daar te weinig oog voor heeft, misschien ook dat het tekenend is voor een deel van de (sociaal-democratische) Vlaamse linkerzijde, die in het kader van de huidige staatkundig-politieke blokkeringen, dat een nieuwe adem zoekt door ipv het steunen van de "Belgische kapitalistische consensus", dit in navolging van zowat de gehele Waalse (soc-dem.) linkerzijde van de laatste decennia (we zijn daar ook zéér ver verwijderd van 1904, dat wordt vaak niet onder ogen gezien !) die ervoor gekozen heeft met de Waalse burgerij aan medebeheer te doen (en, gezien de links van deze met de "oude" Belgische, nu deels door de Franse gepatroneerde, burgerij).

Het "slechte voorbeeld" op dit vlak komt helaas van de zuidkant des lands. "J'aime plutôt un capitaliste wallon qu'un travailleur flamand", dixit Guy Mathot, en hij sprak niet voor zichzelf alleen.

De aanhef van het antwoord is dus helaas minstens even voorbijgestreefd als het verdienstelijke karakter van de Vlaamse strijd (breder dan enkel het politieke Vlaamsnationalisme). Of hoe vaak op subtiele wijze "solidaire, internationalistische Walen" (hoewel, een interne migratiegeschiedenis van dit land legt heel wat complexiteiten bloot) tegenover "egoïstisch Vlamingen" worden gesteld.

Voor het overige is het antwoord vooral een analyse van de doelstellingen van de Vlaamse rechterzijde met deze staatshervorming; de lezer ervan moet dus veronderstellen dat elk links Vlaamsnationalisme zich aan die doelstellingen onderwerpt, of er op zijn minst blind voor is.

Blind zijn "de 12" ook voor de geweldige overwinningen die de laatste 25-30 jaar werden behaald in het Belgische staatsverband - en dat is heus niet in de eerste plaats aan het (rechtse) "Vlaamsnationalisme" te wijten- door het kapitaal in zijn geheel (ondanks de periodieke manifeste interne verdeeldheid), een staatsverband dat door zijn historisch-imperatieve karakter en relatief magere draagvlak ("kunnen leven met" is iets anders dan een echt positieve identificatie) zich uitstekend leent tot verdeel-en-heersspelletjes of ondoorzichtige regelingen die VAN ALLE KANTEN worden nagestreefd.

Dat solidariteit moet worden opgeofferd als niet aan een aantal ook door de "12" als rechtmatige erkende eisen wordt voldaan, is "erover". Ik meen helemaal niet gelezen te hebben dat men solidariteitsmechanismen in vraag stelt.

Wel is het manifest ertegen dat:

a) er wééral een koehandel wordt gevoerd, waarbij die rechtmatige eisen moeten worden afgekocht met centen (dat wordt terecht als "chantage" gezien, waarbij misbruik wordt gemaakt van de blokkeringspositie die de minderheid in deze federatie heeft -iets wat deze vaak vergeet in de eindeloze litanieën tegen Vlaamse aanwezigheid in Brussel), zoals in het verleden compensaties voor wapenfabrieken, extra geld voor onderwijs waarin de leerkrachten aan flink hogere barema's dan hun Vlaamse collega's lesgeven (waardoor het progressieve beleid in deze MEDE -ik zeg niet: "uitsluitend"- met Vlaams geld kan worden gefinancierd);

b) solidariteit non-transparant is... het antwoord van de twaalf stelt daarentegen LETTERLIJK: "Voor de internationalistisch ingestelde linkerzijde is solidariteit niet voorwaardelijk. Het is geen pasmunt in onderhandelingen, maar de doelstelling van iedere links-progressieve strijd". Preciezer gesteld: iedereen die in BELGISCH staatsverband enige vragen durft stellen bij hoe er met de solidariteitsmechanismen wordt omgesprongen, neigt per definitie naar een of ander neoliberaal getint responsabiliseringrevanchisme.
Mochten we stellen dat beide regio's in België "onvoorwaardelijk solidair" (dus zonder vragen te stellen) zouden moeten zijn met bv. de Italiaanse Mezzogiorno, waarbij zou worden vastgesteld dat regionale maffiose organisaties héél andere dingen doen met die onvoorwaardelijke solidariteit, dan zou ook in het zuiden van ons land anders gedacht worden over onvoorwaardelijke solidariteit...

Waarbij dan ook nog eens geruisloos voorbijgegaan wordt aan hetgeen waarop onder punt a) werd gewezen, namelijk dat het vaak "de andere partij" was die (financiële) "pasmunt" eiste om het "oude België een beetje te hervormen", die lustig grossiert in historische falsificaties ("het ondankbare Vlaanderen dat niet meer weet wat het zou zijn toen ze nog bij ons mochten komen werken (!)", "wij die altijd solidair met het arme Vlaanderen waren").

Ik durf trouwens betwisten dat het beleid in het zuiden des lands (om over Brussel nog maar te zwijgen) zó progressief is als vaak wordt geïnsinueerd: sterke invloed van bepaalde wapenlobby's, Ryan Air, Bernie Ecclestone, slechtere Gini-cöefficiënt als in Vlaanderen, nog veel sterkere "prestatiegeneeskunde", witte olifanten die niks Keynesiaans maar wel alles met winstbejag van invloedrijke groepen te maken hebben, zeer sterke dualisering,... Een eventueel internationalisme beperkt er zich helaas maar al te vaak tot de blik gericht op Frankrijk en... op het noordelijk landsdeel als er een intern sociaal compromis moet worden gefinancierd.

Tenslotte, wat belet de Vlaamse arbeidersbeweging op termijn -in de hypothetische ogeval van Vlaamse onafhankelijkheid- om ook in dit nieuwe staatsverband autonoom én in breed-Europese solidariteit successen te boeken ? Is er dan zo weinig vertrouwen in de "eigen kracht" ? Kijk naar de witte woede; er zijn méér stakingen in Vlaanderen dan Wallonië,...

Mijn opmerkingen in deze lijken misschien wat ver gezocht, maar zijn het allerminst. Immers, door enkel het Vlaamse staatshervormingsproject als neoliberaal te betitelen, wordt niet ongewild bovenvermeld beeld van een Wallonië (of zelfs franstalig België) gecreëerd, of minstens gesuggereerd ?

Het discours over internationalisme is zeer interessant, ik kan er me volledig in vinden. Alleen wordt het helaas alleen maar bovengehaald wanneer het ertoe dient om éénzijdig elk ook linksgeoriënteerd "flamingantisme" (dat op zich ook verschillende stromingen rijk is) te kapittelen, na het eerst ook maar al te vaak standpunten in de mond te leggen die het niet inneemt (zie hiervoor).

Het feit dat de staatshervorming een lange geschiedenis met vele complexe compromissen is geworden, bewijst juist dat de leidende Vlaams-burgerlijke krachten net als de andere delen van 's lands patronaat België pragmatisch tolereerden, en geen komaf wensten te maken met de ondemocratische krachten die dit land bij elkaar hielden.

Korte reactie

Beste Gert

Bedankt voor jouw omstandig antwoord. Het doet mij plezier dat ons opiniestuk dergelijke reacties naar boven brengt.
Ik wil dus gerust ingaan op een paar punten die je aanhaalt.

1) De paragraaf over de verkiezing van Anseele was niet bedoeld om de internationalistische waalse arbeidersklasse tegenover een vlaamse provincialistische linkervleugel te zetten. Wel was de bedoeling om aan te tonen dat het voor een linkerzijde meer loont om een klassereflex dan een nationalistische reflex te vertonen. Het feit dat de waalse linkerzijde nu al dan niet nationalistischer is dan de vlaamse doet niets af aan ons voorbeeld.

2) In tegenstelling tot wat u suggereert is het niet zo dat ik geloof dat Wallonie een links paradijs is. Natuurlijk heersen daar allerlei wantoestanden, net zoals in Vlaanderen. De idee dat Vlaanderen transparant wordt bestuurd en Wallonie niet is een uitvinding van het rechts Vlaams-nationalisme dat nu ook wordt overgenomen door progressieven. Uw vergelijking over de solidariteit met de enkele italiaanse regios's waar de maffia de plak zwaait, loopt natuurlijk mank. Opdat deze vergelijking enig betekenis zou hebben, moet aangetoond worden dat Wallonie bestuurd wordt door de maffia.

3) Hierbij aansluitend. In gans u betoog concentreert u zich vooral op wat er in Wallonie fout loopt, hoe onlinks de politici daar wel zijn, e.d. Ik concentreer mij liever op wat er in Vlaanderen mis gaat; Op hoe rechts onze linkse politici hier geworden zijn. Hier kan ik misschien een klein beetje helpen om dergelijke zaken te veranderen.

3) In tegenstelling tot wat u suggereert zeg ik niet dat elke vorm van regionalisme slecht. En ik zeg ook niet dat alle progressieven die een vorm van regionalisme aanhangen bewust kiezen voor een rechtse politiek voeren. Maar ik zeg wel dat dergelijke progressieven een grote fout begaan, door enkel te focussen op abstracte principes blind blijven voor de werkelijke gevolgen van wat zij voorstaan. En principes zoals regionalisme kunnen op papier mooi en progressief en democratisch klinken, hier en nu, betekent een regionalisme een versterking van het politiek gewicht van de Vlaamse rechtse krachten. Zoals Blommaert het al eerder ze ergens op deze site: in Vlaanderen heeft extreem-rechts 20%, in Belgie 10%. Hier en nu betekent regionalisme een afbraak niet alleen van de solidariteit tussen Vlaanderen en Wallonie, maar ook een afbraak van de solidariteit in Vlaanderen zelf. Dat zijn voor mij voldoende redenen om zeer kritisch te staan tegenover de regionalisme dat uitgedragen wordt door de Gravnesteengroep.

Wegens tijdsgebrek kan ik niet verder ingaan op wat u schrijft. Maar ik wil u nogmaals bedanken voor uw doordachte reactie op ons opiniestuk

Met vriendelijke groeten

Karim Zahidi

AANRADER

Heel erg ontroerend en confronterend, absoluut te bekijken.

http://www.youtube.com/watch?v=0Mfs8p6F6Wg

Samenlevingsopbouw vanuit integraal-federalisme

Ik laat al het ja- neen gedoe achter mij en probeer hier iets waardevollers in debat te brengen.

Het integraal - federalisme:
Er is één zaak objectief vast te stellen, mensen leven in kringen op één of andere manier. Je hebt je gezin, je familie, je vrienden. Dit zijn al redelijk dicht bij elkaar liggende kringen die uitdeinen. Vervolgens ga je breder in de maatschappij. De straat waar je woont, de wijk, dorp/stad, je regio, je land, Europa, de wereld.
Het is wetenschappelijk vastgesteld dat de omgeving ons beïnvloed en wij de omgeving beïnvloeden. De natuur, net als de mensen. Culturen die elkaar beïnvloeden en verrijken. Enfin tot daar dit.

Evenzeer is het psychologisch verklaart dat mensen 'geborgenheid' nodig hebben, een ruimte, een plek om zich thuis te voelen, waar men mensen rondom heeft die bepaalde zaken delen (rockfanaten zien elkaar op rockfestivals, Indiaanse groepen in de VS hebben hun samenkomsten,..), maar dat kan ook op andere niveau's: taal en cultuur. Wat nu het 'integraal - federalisme' net wil bereiken is dat men die samenleving, die opgebouw is in kringen, op te bouwen van onderuit. Hierbij rekeninghoudend met de voornoemde niet onbelangrijke aspecten van ondermeer 'geborgenheid'.
Meer op bestuurlijk vlak vertaald dit zich in 'subsidiariteit': Beleid voeren op het niveau dat het meest geschikt is.

Edward Anseele

Mooi toch: de Vlaming Edward Anseele die in Luik wordt verkozen. Is het niet goed om er bij te vertellen dat de Gentse federatie héél veel geld neerlegde voor deze plaats op de lijst? Vergeet ook niet de context van hevige commaunautaire tegenstellingen tussen Vlaamse en Waalse socialisten in die te te vermelden. Maarten van Ginderachter maakt er in zijn boek melding van, maar hij is echt niet de enige.
Het idyllische beeld dat jullie ophangen van de Belgische arbeidersklasse klopt niet en vergt veel nuance.

Inderdaad, er zijn in Vlaanderen mensen die dromen van een Vlaamse bourgeoisie. Maar linkse Vlaamsgezinden die zich tegen die dromen (voor ons nachtmerries) verzetten, worden met een scheef oog bekeken door een flink deel van de linkerzijde in Vlaanderen.

Edward Anseele

Beste Jan Van Roost,

Het is geen kwestie van dat wij een idyllisch beeld willen ophangen - romantiek is aan ons niet besteed. Het voorbeeld toont enkel aan dat als puntje bij paaltje komt de belangen van de arbeiders (of die nu Nederlands, Frans, of Arabisch spreken) beter gediend worden door één lijn te trekken, in plaats van op mekaar te zitten schieten (wat het Gravensteen manifesto doet).

Vriendelijke groet,

Jan Teurlings

manu militari

Misschien herinnert u zich nog iemand van een lijst van de VU die verkozen werd via lijstverbindingen voor het Waals parlement. Hij werd door de militaire politie! promt en manu militari uit het parlemenet gezet. In het Vlaams parlement zit één Franstalige verkozene, die wordt ongemoeid gelaten, maar vertegenwoordigd minder Franstaligen dan er Vlamingen in Waals-Brabant wonen, die zich overigens zonder moeite aanpassen.

Misschien is het ook eens tijd om de andere kant te laten horen, wat men uit Waalse hoek vind van al deze communautaire twisten en specifieker over de toestand in de rand.
Een Le Soir - vice- hoofdredacteur schreef ooit is:
"de tijden van het kolonialisme zijn voorbij in congo, in Burundi,..maar ook in de Vlaamse rand rond Brussel, het wordt dan ook de hoogste tijd dat de Franstaligen daar wonend Nederlands leren. Kijk naar de Vlamingen in Waals-Brabant, ze spreken Frans in de omgang, gaan naar Franstalige scholen, etc..".
Altijd eens leerzaam ook eens de andere kant te horen.