Filip Polfliet (Bevrijde Wereld)21 januari 2008 – 17:53

De sterke daling – van 206 slachtoffers in 2006, tot 68 in 2007 – is zonder meer een positieve evolutie. Vorig jaar besloot een speciale onderzoekscommissie dat de opdrachtgevers van de moorden zich situeren in overheidskringen.

De daling is zo goed als zeker het gevolg van een wereldwijde golf van protest die vorig jaar een hoogtepunt bereikte. Human Rights Watch, Stop The Killings en tal van andere ngo’s en civiele organisaties over de hele wereld luidden toen de alarmklok. Zowel de VN, de Verenigde Staten als de Europese Commissie interpelleerden Arroyo over de bloedige moorden in het land.

Gebrek aan rechtszekerheid
De teller staat ondertussen op 887 dodelijke slachtoffers. Nog eens 185 mensen verdwenen spoorloos. Vooral politieke opposanten en leiders van links-progressieve basisorganisaties worden geviseerd. De daling van het aantal politieke moorden is goed nieuws, maar toch blijven de politieke moorden en verdwijningen ook bestaan in 2008. Andere mensenrechtenschendingen – zoals illegale opsluiting en marteling – zijn geen uitzondering in de Filippijnen.

De frustratie bij de nabestaanden van de slachtoffers is groot, omdat praktisch alle moorden onopgelost blijven. De overheden houden de daders de hand boven het hoofd, opdat men zelf buiten schot zou blijven. Dit klimaat van straffeloosheid draagt bij tot het algemene wantrouwen tegenover overheidsinstellingen. Vooral het leger en de politiediensten boezemen de gemiddelde Filippino heel wat schrik in.