Indymedia.be is niet meer.

De ploeg van Indymedia.be is verhuisd naar DeWereldMorgen.be waar we samen met anderen aan een nieuwswebsite werken. De komende weken en maanden bouwen we Indymedia.be om tot een archief van 10 jaar werk van honderden vrijwilligers.

[Het Irak-rapport] Sjiieten en Soennieten in de Irakese oorlog

[Het Irak-rapport] Sjiieten en Soennieten in de Irakese oorlog

In Irak zijn moslims van oudsher verdeeld over sjiieten en soennieten, een strijd die zowat 1300 jaar geleden werd ingezet met de moord op Imam Hoessein, zoon van Imam Ali die door de sjiieten wordt aanzien als de eerste rechtmatige bestuurder van de Islam na de dood van de profeet Mohammed.

Volgens religiekenners is het vrijwel normaal dat de Islam tegenstrijdige strekkingen kent. Het vereenvoudigde beeld is ondertussen gekend: in het huidige verscheurde Irak gaat er geen week voorbij zonder dat er zich iemand tijdens gebedsmomenten in de nabije buurt van een moskee opblaast. Soennitische en sjiitische gebedsplaatsen zijn al lang afwisselend een permanent doelwit geworden. Voor een buitenstaander mag deze wederzijdse vijandigheid wel als een automatisme worden aanzien. Dat geldt niet voor het Iraakse volk zelf dat zich de tijden van vrede herinnert in een land waar men altijd al een gemengde Islam heeft gekend. Er zijn geen officiële statistische gegevens, maar volgens de prominente professor sociologie Ihsan al Hassan zijn naar schatting op de 6,5 miljoen getrouwde koppels twee miljoen gemengde huwelijken tussen soennieten en sjiieten. In Irak zijn zowat 60 tot 65 procent sjiieten en 32 tot 37 procent soennieten, maar het land is altijd eerder een stammenverband geweest dan een sectarisch-religieus verdeelde gemeenschap. In Irak zijn er voornamelijk Arabieren, Koerden en Turkmannen. Met de oorlog mag men niet vergeten dat soennitische en sjiitische Arabieren elkaar in het verleden altijd goed gevonden hebben. Vele sjiieten maakten voor de oorlog deel uit van Saddam's Ba'ath partij.

Het mag gezegd zijn dat onder het regime van Saddam Hoessein er decennialang geen sprake is geweest van religieus fanatisme. Aan de ene kant werden soennitische geestelijken op de voet gevolgd opdat ze niet zouden toegeven aan extremistische ideeën, een inspanning die enigszins verzwakte in de embargo jaren van het afgelopen decennium, wat een geleidelijke min of meer fanatieke "activering" toeliet van ondermeer de naar origine Egyptische moslimbroeders. Vandaag, met de oorlog, is het vooral vanuit Saoedische wahabitische hoek dat we de infiltratie van een hardnekkige Islam mogen verwachten. Er wordt wel eens gesteld dat er in het huidige Irak haast geen soennitische geestelijke meer te vinden is die het sjiisme niet als een geloofsafval opvat (een strekking die centraal staat in het wahabisme). Aan de andere kant werd er al die jaren hardhandig over gewaakt dat het meer monoliet sjiisme in het zuiden van Irak, vooral sinds zijn opstand tegen Saddam's regime in 1990-1991 naar aanleiding van de Koeweit oorlog, geen bruuske greep op het seculiere regime van de nationale Ba’ath partij zou krijgen. Het is een feit dat dit waken niet altijd zonder bloedvergieten is verlopen. Nu vijftien jaar later, na de Amerikaans/Britse bezetting (met geallieerden) van de afgelopen paar jaren, is echter deze sjiitische meerderheid in het hartje van politiek Irak geplaatst en is het voor velen spanningsvol afwachten wanneer de eerste barsten in de nieuwe (seculiere) grondwet gaan optreden. Onder Iraanse invloed dreigt immers zuidelijk Irak al vlug te opteren voor een doorgedreven federalisme dat wil uitgaan van een klassieke Sjaria autonomie gebaseerd op het model van een Islamitische staat en moslimwetgeving.

Een andere, meer op oorlogsstrategie gebaseerde grond voor de oplopende spanningen onder sjiieten en soennieten heeft te maken met de economisch sociale as van het nieuwe Irak en hieraan gekoppeld het vraagstuk van decentralisatie en federalisme. Sjiitische milities met ondermeer de Badr brigade (geïnfiltreerd in politiediensten) en het tientallen duizenden koppige Mahdi leger zaaien tot hier toe ongeremd een bloedige verdeeldheid in het land. Soennitische milities van hun kant moeten dan wel achterna hinken. Denk aan de meer sporadische zelfmoordaanslagen in Al-Qaida stijl, terwijl volgens kritische observeerders van sjiitische kant uit elke goede aanleiding wordt aangegrepen om soennitisch gekleurde steden met de grond gelijk te maken (Fallujah, Tal Afar, Al Qaim, Ramadi). Nu geleidelijk aan elk vertrouwen ten overstaan van een nationale eenheid is zoek geraakt, proberen zowel soennieten als sjiieten hun posities te verstevigen of te redden. Men kan derhalve stellen dat in het actuele oorlogsstrategische Irak een duidelijke machtsstrijd aan de gang is met als inzet de economisch-politieke belangen van de natie. Echter, indien tenslotte ook het olierijke Koerdische Kirkuk, dat in het Noorden van Irak sinds Saddam’s oorlog met Iran op gespannen voet leefde met het oude regime, zijn huidige autonomie op een politieke of economische spits zou drijven, dreigt Irak's socialisering voorgoed in het water te vallen. Immers, onder Saddam's regime had het arme zuiden van Irak (zeker vóór de crisis van de negentiger jaren) niet te klagen wat betreft het doorstromen van staatsgelden. Dit verklaart bijvoorbeeld de loyaliteit waarmee de Irakese sjiieten hun soennitische staatsheerser tijdens de jarenlange oorlog in de jaren tachtig tegen de sjiitische Islamrepubliek Iran hebben bijgestaan. Sjiieten in Iran en in Irak staan op politiek vlak niet noodzakelijk op een zelfde lijn. Het is niettemin, gezien de huidige machtsstrijd in Irak, lang niet zeker dat beide sjiitische strekkingen zich voor de toekomst niet wat uitdrukkelijker op elkaar gaan afstemmen, laat staan dat ze hier al een poosje mee bezig zijn. Tenslotte, een dergelijke sjiitische blokverruiming die zich over de rest van het Midden-Oosten riskeert te verspreiden, is een pertinente vrees van elk van Irak's omringende soennitische buurlanden die een verstandhouding moeten vinden met hun eigen sjiitische minderheden. In Syrië echter hebben deze sjiitische minderheden het politiek helemaal voor het zeggen. Ook dit zal bij een verruiming van de sjiitische alliantie om aandacht vragen en doen waken over de verhoudingen in het Midden-Oosten. Gezonde moslimleiders willen een onnodige decennialange burgeroorlog onder soennieten en sjiieten in het Midden-Oosten vermijden, maar de vraag is wel hoe het tot nog toe strijdlustige Irak hierover zelf denkt. Zullen soennieten en sjiieten in het land van de Tigris en de Eufraat ooit weer met elkaar gaan huwen?

Literatuur
In bovenstaand artikel is voor een deel uitgegaan van de onderzoeksstandpunten van het Unites States Institute of Peace. Lees meer: Baker, James A., III & Hamilton, Lee H., e.a., The Iraq Study Group Report, s.l., s.d.; Barkey, Henry J., Turkey and Iraq The Perils (and Prospects) of Proximity (United States Institute of Peace. Special Report 141. Iraq and its Neighbors), Washington DC, 2005; Davis, Eric, Strategies for Promoting Democraty in Iraq (Special Report 153) 2005; Fuller, Graham, E., Islamist Politics in Iraq after Saddam Hussein (Special Report 108) 2003; Islamic Perspectives on Peace and Violence (Special Report 82) 2002; Jennings, Ray Salavatore, After Saddam Hussein. Winning a Peace if it Comes to War (Special Report 102) 2003; Kemp, Jeoffrey, Iran and Iraq. The Shia Connection, Soft Power, and the Nuclear Factor (Special Report 156. Iraq and Its Neighbors) 2005; Lasensky, Scott, Jordan and Iraq. Between Cooperation and Crisis (Special Report 178. Iraq and Its Neighbors) 2006; McMillan, Joseph, Saudi Arabia and Iraq. Oil, Religion, and an Enduring Rivalry (Special Report 157. Iraq and Its Neighbors) 2006; Marr, Phebe, Who are Iraq’s New
Leaders? What Do they Want? (Special Report 160) 2006; Idem, Iraq’s New Political Map (Special Report 179) 2007; Morrow, Jonathan, Iraq's Constitutional Process II. An Opportunity Lost (Special Report 155) 2005; Idem, Weak Viability the Iraqi Federal State and the Constitutional Amendment Process Crisis (Special Report 168) 2006; Schwartz, Alan, Scenarios for the Insurgency in Iraq (Special Report 174) 2006; Who Are the Insurgents? Sunni Arab Rebels in Iraq (Special Report 134) 2005.

Thierry Limpens is actief bij www.thabor.org