Indymedia.be is niet meer.

De ploeg van Indymedia.be is verhuisd naar DeWereldMorgen.be waar we samen met anderen aan een nieuwswebsite werken. De komende weken en maanden bouwen we Indymedia.be om tot een archief van 10 jaar werk van honderden vrijwilligers.

[Opinie] Het eigen bewustzijn als enige ‘echte’ bewustzijn?

[Opinie] Het eigen bewustzijn als enige ‘echte’ bewustzijn?

Sinds Patrick Dewael het Franse verbod op ‘ostentatieve’ religieuze tekenen in een opiniestuk in 2004 verdedigde, is de hoofddoekcontroverse nooit volledig uit het Vlaamse publieke debat verdwenen.

Het stramien is, tot vervelens toe, bijna altijd hetzelfde. Iemand (vaak een witte man die tot dan weinig affiniteiten vertoonde met feministische thema’s) werpt zich in naam van de Verlichtingswaarden als verdediger op van onderdrukte moslima’s, wat ineens ook vaak een standpunt tégen de hoofddoek betekent. Dat vrouwenonderdrukking en het dragen van een hoofddoek onlosmakelijk aan elkaar verbonden zijn spreekt in zulke teksten meestal voor zich en behoeft doorgaans geen verdere uitleg. Want – zoals Van Istendael in zijn recent ophefmakend essay schrijft – “de sluier is onderdrukking. Machistische onderdrukking”. Hierdoor wordt wel voorbij gegaan aan de diversiteit in opvattingen, motivaties, overtuigingen etc. die meespelen bij het dragen van een hoofddoek, en die ook reeds lang in tal van wetenshappelijke en niet-wetenschappelijke geschriften worden gedocumenteerd. Maar dat laatste is waarschijnlijk de laatste zorg van deze witte ridders...

Van Istendael’s stuk is echter veelzeggen om een aantal andere redenen. Reeds een aantal jaren wordt hoe langer hoe duidelijker dat binnen het zogeheten ‘progressieve front’ niet langer een consensus bestaat rond één van haar belangrijkste sluitstukken, i.c multiculturalisme. Van Istendael’s stuk, alsook de reacties die daarop volgden, illustreren dat ‘links’ niet (langer) garantie staat voor een reeks gelijklopende opvattingen rond multiculturele thema’s. Hoewel deze diversiteit in standpunten altijd heeft bestaan, was deze lang nagenoeg onzichtbaar, aangezien het linkse front haar pijlen vooral op een gemeenschappelijke externe vijand richtte, nl. het Vlaams Blok/Belang. Van Istendaels essay sluit daarom aan bij een reeks interventies die in de nasleep van Paul Scheffer’s fameuze essay ‘het multiculturele drama’ van 2000 zijn verschenen, en die het progressieve of linkse front aanmanen komaf te maken met haar ‘politieke correctheid’ door een aantal problemen in onze multiculturele samenleving bij naam te noemen.

Van Istendaels tussenkomst mag dan de verdienste hebben zich te willen losmaken van een zelfopgelegde consensus (of eerder stilzwijgen) binnen links rond deze thema’s, het maakt echter ook meteen duidelijk dat zo’n oproep voor een ‘einde van een politiek correct denken’ vaak niet meer om het lijf heeft dan een versterking van een assimilatiedenken of standpunt dat de eigen referentiekaders en waardenstelsels als enige geldende maatstaf neemt. Want wat te denken van zijn stelling dat moslima’s die beweren de hoofddoek als vrije keuze te dragen in een ‘stijfkoppige’ ontkenning leven van de dwang die hen wordt opgelegd.

Als we van de veronderstelling mogen uitgaan dat het zogeheten ‘progressieve’ front zich onderscheidt van het ‘conservatieve’ front doordat het zich op een ernstige manier wil inlaten met de uitdagingen van onze multiculturele maatschappij, lijkt het iewat vreemd dat iemand als Van Istendael goedgebekte en zelfbewuste moslima’s bijna uitlacht wanneer ze stellen de hoofddoek uit eigen keuze te dragen. Deze vaststelling wordt des te ironischer wanneer diezelfde persoon beweert voor moslima’s op te komen. Afgaande op de voorbeelden die Van Istendael aanhaalt, zoals de Franse ministers Rachida Dati of Fadela Amara, wordt het dan ook meteen duidelijk welk soort emancipatiemodel wel op zijn instemmend goedkeuren kan rekenen: een emancipatieproces dat in eerste instantie langs seculiere lijnen loopt. Hoe legitiem en waardevol dat laatste ook is, het is bijzonder bedroevend te zien dat enkel het soort emancipatie dat in Van Istendael’s (seculiere) kraam past een plaats krijgt. Enkel zij die zich ‘onderwerpen’ aan het door hem geschetste emancipatiemodel lijken over een ‘echt’ bewustzijn te beschikken. De vele moslima’s die hun emancipatietraject binnen de Islam nastreven, al dan niet met hoofddoek op, zoals sommige dames bij BOEH!, Amina Wadud (V.S), Nadia Yassine (Marokko), Rifaat Hassan (Pakistan), wordt daarentegen een ‘vals’ bewustzijn aangewreven.

In diezelfde week verscheen een ander opmerkelijk opiniestuk in De Morgen, één dat vooral op diens website tot felle reacties leidde, dat van Naomi Wolf (DM, 3/09). In haar stuk klaagt Wolf het gebrek aan inlevingsvermogen van menige Westerlingen in de leefwereld van gesluierde moslima’s aan, en beschrijft ze het gevoel van bevrijding die ze ervoer bij het dragen van de hoofddoek. Het interessante aan Naomi Wolf’s stuk is dat ze een stap verder gaat dan het louter ‘tolereren’ van de hoofddoek. Hierin vraagt ze ook om begrip voor andere vrijheidsnoties of seksuele belevingen.

De reacties op de website logen er echter niet om: velen kloegen de naiviteit van Wolf aan, haar “islamapologie” of meenden in haar standpunt zelfs een misplaatste “Stockholm-syndroom” te herkennen. Hoewel ze zeker niet representatief zijn voor hét ‘progressieve front’, tonen de reacties wél aan hoe gevoelig standpunten als die van Wolf zijn, die al snel als ‘gevààrlijk’ cultuurrelativisme worden afgedaan. De hoofddoek als kledingsstuk achter een loket aanvaarden is één zaak, meegaan met het idee dat strikt praktizerende moslims (waartoe niet àlle moslims behoren) volgens een ander levensmodel kunnen leven lijkt voor velen een brug te ver.

De uitdagingen waar onze multiculturele samenleving ons voor plaatst zijn veelerlei en gaan veel verder dan het enkel leren omgaan met verschillen in uiterlijk, hoewel het bedroevend is vast te stellen dat in het Vlaanderen van vandaag zélfs dat laatste moeilijk is (i.c. de hoofddoek). Waar het ook vooral om gaat is het besef dat mensen zich op uiteenlopende kaders kunnen beroepen, hetzij seculier en/of religieus, Westers en/of niet-Westers. En dat ze dit kunnen doen zonder op hoongelach te worden onthaald of onmiddelijk als bedreiging te worden gezien voor de ‘eigen’ seculiere verworvenheden. Standpunten zoals die van Van Istendael, of de overwegend negatieve reacties op de tekst van Wolf, tonen echter aan dat een openheid jegens ‘andere’ levensmodellen die niet overeenstemmen met de eigen, dominante, witte en/of seculiere way-of-life zelfs binnen ‘progressieve’ middens niet altijd vanzelfsprekend is. Gesluierde moslima’s kunnen zich dan wel vanuit hun relgieuze overtuiging actief inzetten, ze mogen echter niet verwachten dat hun emancipatietraject ernstig zal worden genomen. Want in feite bestaat die niet. Ze is immers ‘vals’.

Nadia Fadil is postdoctoraal onderzoeker rond religie, secularisme en Islam aan de Europese Universiteit in Firenze en aan de KULeuven.

Het is goed dat er een

Het is goed dat er een discussie rond dit alles op gang komt, maar ik vraag me toch af of de opinie hieromtrent van een voormalig adviseur van Bill Clinton (Naomi Wolf) zoveel met links en multiculturalisme te maken heeft. Interculturalisme heeft trouwens veel meer een plaats binnen links dan multiculturalisme. Inspirerend in dat verband is ok de visie van Eric Krebbers op multiculturalisme. Zie http://www.gebladerte.nl/10976f62.htm

hoofddoek

Mooi artikel dat goed weergeeft waarom het draait. Toch vraag ik me af hoe het komt dat ook binnen de Islam weer de mannen - die hun pik niet kunnen beheersen - gaan bepalen wat vrouwen moeten dragen en de maatschappelijke norm bepalen.
Maar lieve moslima's, neem jullie eigen lot in handen en laat je niet dicteren wat moet en niet mag. Bepaal dit voor jezelf in evenwichtig maatschappelijk overleg.

multikultureel?

Mevrouw Nadia Fadil,

ik vraag me af of u eigenlijk beseft dat het hoofddoek hier echt niet zo een symbool is van multikulturalisme. Zo'n 50 tot 100 jaar geleden behoorde dit ook tot "onze kultuur". Onze grootmoeders en moeders moesten ook een kapke opzetten van meneer pastoor als ze buiten kwamen.
Ook hier vond meneer pastoor dat ze hun vrouwelijkheid moesten wegstoppen in naam van het goed fatsoen.
Vrouwen zijn immers onlosmakelijk verbonden met het moederschap. Maar vermits dat verhaaltje van die onbevlekte ontvangenis in werklijkheid niet voorkwam, is dat moederschap onlosmakelijk verbonden met sex. Een vrouw daarom enkel en alleen als sexueel wezen zien die moet verstopt worden, is naar mijn gevoelen erg bekrompen en beledigend voor zowat de helft van de mensheid die, net zoals de mannen, heel wat meer te bieden hebben dan sex.
Onze grootmoeders hadden nog problemen dit in te zien en te veranderen, maar onze moeders hebben dit veranderd. Onze echtgenotes en dochters worden nu gelukkig meer en meer gezien als boeiende mensen, die af en toe ook genieten van sex, waarvan als ze er voor kiezen, kindjes komen.
Dit mevrouw Fadil, was een emancipatorisch gevecht, waarin onze grootmoeders en moeders telkens de godsdiensvertegenwoordigers als tegenstanders op hun weg vonden. Onze echtgenotes en dochters vinden ze nog steeds op hun weg, alleen is hun dominante maatschappelijke rol hierin gelukkig teruggedrongen.
Heb er dan aub een beetje begrip voor dat in kringen waar dit gevecht is gevoerd, erg achterdochtig wordt gekeken naar iets dat hier een teken van oubollige vrouwenonderdrukking was.

Triestige polemiek rond vrijheid van klederdracht

Er waren eens twee schoolvrienden. De ene was half algerijns/half belgisch en hield van alles wat met hip hop te maken had. De andere was een Belg die hield van gescheurde broeken, combatshoes, hanekammen, leren jekkers en zware punkmuziek. Ze waren alletwee wat rebels van aard en vlogen daarom ook vaak samen bij de directeur. Sprekend was de manier waarop deze zich luidruchtig afreageerde op de jonge "punk" en nooit op zijn makker.

"Je bent een schande voor deze school. Je vodden passen helemaal bij je, jij skinhead, fascist, VMO'er..."

Tijdens dat de directeur zijn tirade voortzette, keken de twee schoolvrienden geamuseerd toe. De twee hadden namelijk iets gemeen dat deze directeur nooit zou begrijpen. Ze ervaarden multiculturaliteit als een begrip dat eenheid brengt en niet als een begrip dat verdeelt. Ze hadden namelijk een eigen bewustzijn, kennis van "de norm" en de hypocrisie die met die normen gepaard gaat. De klederdracht van de jonge punk maakte van hem een te verwerpen symbool, geen individu met een eigen kijk op onze maatschappij...

Wat heeft dat ermee te maken zullen sommigen denken. Dit heeft niets te maken met het hoofddoek...

De vrijheid van klederdracht is van even groot belang als de vrijheid van meningsuiting en sluit daar inhoudelijk volledig bij aan. Dat dit nu kenbaar maakt dat men moslim, katholiek, hip-hopper of punk is. M.a.w. moet de garantie bestaan dat men het recht heeft iets te dragen of het juist niet te dragen.

Multiculturaliteit is een begrip dat men terecht of ten onrechte kan gebruiken. Deze past in het kader van een opinie. We kiezen ervoor ofwel verdeeldheid ofwel eenheid te zien, te bespreken en te ervaren. Daarbuiten aanvaarden mensen elkaar zoals ze zijn of juist niet en dit naargelang de aspiraties.

Het hoofddoek heeft niet één historische waarde (de onderdrukking van de vrouw) maar verschillende symbolische waarden overal ter wereld. Zou men kunnen beweren dat de swastika enkel en alleen maar symbool staat voor de nazi-ideologie?

De moraalridders die (alleen met het woord en natuurlijk de pen) aansluiten bij het argument dat musulmaanse vrouwen niet voor zichzelf kunnen opkomen en zelf kunnen beslissen of ze al dan niet een hoofddoek willen dragen, zou ik aanraden van niet te veralgemenen en in te zien dat dit soort argumenten musulmaanse vrouwen zeker niet helpen. Integendeel!