Indymedia.be is niet meer.

De ploeg van Indymedia.be is verhuisd naar DeWereldMorgen.be waar we samen met anderen aan een nieuwswebsite werken. De komende weken en maanden bouwen we Indymedia.be om tot een archief van 10 jaar werk van honderden vrijwilligers.

Sahar Khalifa: "De Erfenis"

Sahar Khalifa: "De Erfenis"

Sahar Khalifa staat te boek als de eerste feministische Palestijnse schrijfster. Haar werk geniet bekendheid tot ver buiten de Arabische wereld. Enkele van haar romans werden vertaald in het Engels, het Frans en het Nederlands. Dat gebeurde recent ook met ‘Al-Miraath’, Khalifa’s roman uit 1997 die onder de naam ‘De erfenis’ ons taalgebied bereikte.

cover_Khalifa.jpg

Sahar Khalifa

Sahar Kahlifa (1941) wordt geboren op de Westoever, waar ‘De erfenis’ zich grotendeels afspeelt. Op haar achttiende wordt ze uitgehuwelijkt en in 1967, vlak na de Zesdaagse Oorlog met Israël, begint ze te schrijven. In 1972 verbreekt ze haar huwelijk en gaat ze Engelse literatuur studeren aan Bir Zeit Universiteit. Khalifa krijgt vervolgens een studiebeurs voor de VS, waar ze een doctorstitel behaalt in vrouwenstudies en Amerikaanse literatuur. In 1988 keert ze terug naar de Westoever. In Nabloes richt ze het ‘Women’s Affairs Center’ op, dat later ook in Gaza en Amman een afdeling krijgt.

Khalifa/Zina

Khalifa’s levensgeschiedenis vertoont opvallende gelijkenissen met die van Zina/Zainab, de protagonist – als daar sprake van is - in ‘De Erfenis’. In tegenstelling tot Khalifa, wordt Zainab geboren in de VS. Daar scheert ze als professor in de antropologie even hoge academische toppen. Maar al sinds haar jeugd lonkt het vaderland hevig, en net als Khalifa besluit Zina terug te keren. De aanleiding komt aangewaaid onder de vorm van een brief, waarin een haar onbekende oom haar oproept om snel naar de Westoever terug te keren. Haar vader, met wie Zina omwille van een erezaak alle contact is verloren, ligt immers op sterven. Een erfeniskwestie is in de maak.

De stamboom

In het inleidende gedeelte, dat zich afspeelt in de VS, leren we Zina kennen als een gevoelig en bijzonder begaafd jongmens, dat zichzelf weliswaar op automatische piloot door een bijzonder succesvolle academische carrière sleurt. Wiebelend in haar schommelstoel, brengt ze de nachten slapeloos door. Diagnose: heimwee naar het vaderland.

Het tweede deel, het eigenlijke verhaal, speelt zich af in Wadi ar-Raihaan, een klein plaatsje op de Westoever dat aan een joodse nederzetting grenst. In Wadi ar-Raihaan maken we kennis met een stamboom aan personages, die allen op één of andere manier gelinkt zijn aan Zina’s oom, Aboe Djabir. Aboe Djabir zal wellicht het grootste deel va de niet geringe erfenis toegewezen krijgen.

Van bijzondere makelij

Onder meer omwille van de verteltechniek, vergt de lectuur van ‘De erfenis’ - zoals alle boeken van Khalifa - een behoorlijke inspanning. Verwacht geen netjes uitgebalanceerde vertelling volgens de conventies van eender welk romangenre. Zowal stilistisch als inhoudelijk is het boek van bijzondere makelij.
De eerste hoofdstukken worden nog verteld vanuit Zina’s perspectief, maar als het boek vordert, kruipen we achtereenvolgens in het hoofd van de verschillende personages, alsook dat van een alwetende verteller. Die verteltechniek laat zien hoe verschillende mensen dezelfde persoon of gebeurtenis volledig anders aanvoelen of interpreteren - een inherent vredespleidooi ? Een vreemd neveneffect is dat we driekwart van het boek geen echte, duidelijke protagonist hebben - een inherente (literatuur)kritiek ?

Het vaderland bezet

Het boek snijdt een pak thema’s aan. Om te beginnen is het een verhaal van een samenleving onder bezetting. Die samenleving creëert verbitterde mensen die hun dromen hebben opgeven. Ze worden immers geconfronteerd met de zinloosheid van hun inspanningen.
Dat gegeven wordt uitvergroot door de personages van Zina en Kamaal. Beide zijn intellectuelen die ondanks veelbelovende carrières in respectievelijk de VS en Duitsland, terugkeren naar ‘het vaderland’ uit pure heimwee. Ze injecteren hun geïmporteerde levenslust, energie en kennis in Wadi ar-Raihaan en keren allebei ontgoocheld terug naar hun ‘ballingsoord’.
Zina en Kamaal zetten de deur open naar andere interessante thema’s: de morele plicht tegenover het vaderland bijvoorbeeld. “Hij moet terugkomen en bij ons komen werken. Het land heeft knappe koppen nodig”, zegt een taxichauffeur over Kamaal. “Zo eenvoudig is het niet”, antwoordt Kamaals broer Mazin, “de revolutionair”, die zijn mening heeft bijgesteld na de catastrofale afloop van zijn eigenste cultuurfestival.

De Westoever en ‘het Westen’

Zina en Kamaal vergelijken ook – evident – het leven en de mensen op de Westoever met de VS en Duitsland. De sterkte van Khalifa is dat ze daarbij niet in oeverloze clichés vervalt. Thema’s als individualisme, de sterkte van familiebanden en de georganiseerde samenleving komen wel aan bod, maar op een complexe en genuanceerde manier. Bovendien introduceert Khalifa via haar personages vleesgeworden tegenvoorbeelden van de clichés, zoals de narcistische en laffe bey, de bij momenten onverschillige Mazin en de gevoelige ‘Duitser’ Kamaal.

Ook laat Khalifa toe dat Zina en Kamaal bepaalde van hun standpunten bijstellen. Zo denkt een huilende Kamaal op een gegeven ogenblik: “Hiervoor was hij teruggekomen. Zelfs die nietsnut van een Sa’ied zette zijn leven en veiligheid voor zijn zuster op het spel, terwijl de schotwond die ze hem had toegebracht nog niet eens was geheeld. Wie zou daar zoiets doen ?“ Als later blijkt Sa’ied ten dele uit eigenbelang handelt, laat Kamaal niet na de hypocrisie te benoemen: “’Jullie [westerlingen] zijn machines en wij zijn individuen en iedereen zegt van alles en denkt het omgekeerde. Kijk eens naar Mazin, kijk eens naar wat hij zegt en wat hij doet. Bazelen over het individu binnen de groep. Een rasleugenaar is hij, want hij is de grootste individualist van de groep.”

En al vroeg in het boek merkt Zina op: “Inmiddels had ik ontdekt dat de gevoelens van de verschillende familieleden jegens elkaar niet zo sterk waren als ik had gedacht, of zoals ze me wilden laten geloven. Wat hen met elkaar verbond waren slechts symbolen en tradities. Dit is mijn broer, dit is mijn vader, dit is mijn zuster, en omdat we een bloedband hebben, hou ik van ze en moet ik ze wel beschouwen als de dierbaarste mensen die ik heb.”

Khalifa’s vrouwen

Khalifa’s etiket van feministische schrijfster blijkt niet van de lucht. “Voor haar is de bevrijding van de Palestijnen onlosmakelijk verbonden met die van Palestijnse vrouwen”, lezen we op de achterflap. In ‘De erfenis’ krijgen we dan ook een royale inkijk in het gevoelsleven van de vrouwelijke personages, die overigens niet zelden last hebben van wederzijdse jaloezie. De meeste van Khalifa’s vrouwen voelen zich ook erg ongelukkig. Dat wordt impliciet toegeschreven aan een dubbele vorm van onderdrukking: de bezetting en de maatschappelijke positie als vrouw.

Eén gegeven wordt door Khalifa op erg cassante wijze aan de kaak gesteld: het spanningsveld tussen de familie-eer en het welzijn van de vrouw. In ‘De erfenis’ dreigen zowel Zina als haar nicht Nahla van deze waardehiërarchie het slachtoffer te worden.
Wanneer Nahla’s minnaar zich in een dronken bui en in publieke ruimte op Nahla stort, betaalt Nahla zelf het gelag: “Hij [Aboe Dajbir] leek bezorgder om het schandaal dan om Nahla zelf. Mij verbaasde dat niet. Ik had mijn lesje vroeger al geleerd, voor eens en voor altijd. In hun ogen was Nahla iemand om je voor te schamen, een vrouw die op haar leeftijd nog zo’n zonde beging en alle andere in haar val meesleepte. Voor hen was de vernedering veel erger dan de gevaren die haar bedreigden. Het was vreemd hen op zon’ afkeurende, bijna beschuldigende toon over haar te horen praten, alsof ze niet meer was dan een opstandige crimineel.”

Khalifa klaagt daarbij vooral het mannelijk machismo aan - “Wat dacht mevrouw wel ? Dat alles zomaar kon in het leven en dat er geen echte mannen meer bestonden?“ - alsook het feit dat (familiaal) eergevoel belangrijker wordt geacht dan de persoonlijke en reële gevoelens van de mannelijke familieleden. Wanneer Nahla’s broer Sa’ied haar na het schandaal met een mes te lijf wil gaan - en Zina dat via bemiddeling weet te verhinderen - lezen we: “Toen liep hij weg. Ik zag aan zijn onzekere blik dat hij niet echt kwaad was. Hij deed net alsof, om een daad te stellen of aan de anderen te bewijzen waartoe hij in staat was.” De oprechte reactie van de vader, Aboe Djabir, werkt dan ook louterend: “Ik was nog liever doodgegaan of blind geworden dan dit te moeten meemaken. Ik had jullie nog liever allemaal naar het graf gedragen. Mijn kinderen, de kinderen van Aboe Djabir, die elkaar met messen achternazitten!”.

De vertaling
De zeer verdienstelijke vertaling van ‘De erfenis’ is van de hand van Djûke Poppinga. De woordenschat is fris en de dialogen zijn erg levendig. Met uitzondering van een enkele toevalstreffer – “Hij danste naar het pijpen van de bey om Nahla te krijgen” - zijn de paar kleine foutjes in het eindresultaat verwaarloosbaar.

Visionair ?
‘De erfenis’ werd geschreven in 1997. Eén van de slotparagrafen, geschreven lang voor de verkiezing van Barack Obama, lijkt vandaag enigszins visionair: “Je weet toch dat het aantal zwarten in Amerika ongelofelijk snel toeneemt? Net als dat van de latino’s, de Mexicanen en de andere immigranten (…). De verhouding zal veranderen en uiteindelijk zullen de gekleurden, onder leiding van de zwarten, de macht in Amerika overnemen. Zonder revolutie, zonder staatsgreep en zonder bloedvergieten en dat soort onzin, maar door verkiezingen”, zegt de gouverneur op zeker ogenblik.

De paragraaf leidt de aandacht van de lezer werktuigelijk – en wellicht bedoeld – naar de demografische kwestie die ook het conflict tussen Israëli’s en Palestijnen kenmerkt. Als Israël het joodse karakter van zijn staat wil waarborgen, is de twee statenoplossing met duidelijke grenzen het enige alternatief; het alternatief voor een staat, waarin een zeer grote en snel groeiende Palestijnse populatie het numerieke overwicht heeft. Die twee statenoplossing lijkt jammer genoeg verder weg dan ooit.

Referentie:

Kalifa, Sahar: "De erfenis"
uit het Arabisch vert. door Djûke Poppinga
Uitgeverij: De Geus, 01.10.2008
318 p pagina's
ISBN 9789044510249

Tags