Indymedia.be is niet meer.

De ploeg van Indymedia.be is verhuisd naar DeWereldMorgen.be waar we samen met anderen aan een nieuwswebsite werken. De komende weken en maanden bouwen we Indymedia.be om tot een archief van 10 jaar werk van honderden vrijwilligers.

"In Rwanda primeert belang regering boven lot overlevenden genocide" (Pacifique Kabalisa, ex-African Rights)

"In Rwanda primeert belang regering boven lot overlevenden genocide" (Pacifique Kabalisa, ex-African Rights)

Brussel - Nu pater Guy Theunis terug in België is, durft Pacifique Kabalisa getuigen. Hij is in 2003 Rwanda ontvlucht en verblijft sinds een jaar als erkend politieke vluchteling in België. In Rwanda zijn weinig mensen evengoed geplaatst om te weten of Theunis aan de Rwandese genocide heeft meegedaan. Kabalisa wil de Witte Pater niet vrijpleiten. Maar tijdens zijn jarenlange speurtocht naar genocide-criminelen heeft hij nooit Theunis' naam horen vernoemen. Deze zaak, zegt Kabalisa, toont dat het bewind in Kigali meer bezig is met zijn eigen macht dan met gerechtigheid.

Theunis_gacaca.jpg

Pater Guy Theunis op de gacaca-zitting in Rugenge, Rwanda in september 2005

Pacifique Kabalisa werkte vanaf januari 1995 gedurende in totaal 2,5 jaar voor African Rights, een internationale mensenrechtenorganisatie geleid door Rakiya Omaar en Alex De Waal. "Bij African Rights gaven we het woord aan de rescapés, de mensen die net als ik de génocide hadden overleefd. Wat me dreef, was mijn honger naar gerechtigheid, dat hield me overeind".

Kabalisa verzamelde klachten en getuigenissen over génocidaires. In augustus '95 bracht zijn organisatie het boek "Death, Despair and Defiance" uit. Het telde 1200 bladzijden en geldt nog steeds als één van de degelijkste documenten over de extreem-racistische moordmachine die de genocide beraamde en uitvoerde. Nadien bleef African Rights thema-dossiers publiceren over gezochte genocide-criminelen.

De genocide brak uit op 7 april 1994. De missionaris Guy Theunis van de congregatie van de Witte Paters, werd korte tijd later uit Rwanda geëvacueerd. Hij woonde en werkte toen in in het stadsdeel Rugenge in de Rwandese hoofdstad Kigali, en meer bepaald in een gebouwencomplex van de katholieke kerk met de Sainte Famille-kerk, het pastoraal centrum Saint-Paul en het talenonderricht-centrum CELA.

Theunis is op 11 september van dit jaar voor het gacaca-volkstribunaal van Rugenge verschenen, omdat hem feiten ten laste worden gelegd die zich daar zouden hebben voorgedaan.

Pacifique Kabalisa kent de Rugenge-dossiers door en door. "Veel van de getuigenissen over de moordpartijen in het Quartier Rugenge heb ìk verzameld", aldus Kabalisa. Hij interviewde onder meer zo'n 50 mensen over pastoor Munyeshyaka Wenceslas van de Sainte Famille-kerk, één van de beruchtste religieuze genocide-verdachten.

"Munyeshyaka beweerde dat wij onze getuigen verzonnen hadden. Daarom ben ik, hoe pijnlijk dat ook was, al die mensen een tweede keer gaan bezoeken om hen te fotograferen. Ik was dan ook uiterst verbaasd toen ik hoorde dat pater Theunis werd aangeklaagd als iemand die in de Sainte Famille-parochie mensen aan de génocidaires zou hebben overgeleverd. Als die klacht gefundeerd was, had ik ze véél eerder moeten horen".

Ook in verband met abbé Célestin Hakizimana, pastoor van Saint-Paul, heeft Kabalisa nooit de naam van Theunis horen noemen. Hakizimana was géén genocidaire maar een held die mensen uit de handen van de moordenaars heeft gered. Kabalisa heeft over hem onderzoek gedaan voor de publicatie Hommage au Courage waarin een aantal moedige mensen zijn geportretteerd. "Kijk, zegt Kabalisa nu, "ik werkte voor African Rights en de overlevenden van de genocide kenden ons als een efficiënte organisatie. We ontvingen hen goed, we luisterden naar hen. Ik weet het zeker: als ze Theunis hadden willen aanklagen, dat waren ze naar ons gekomen. Dat is niet gebeurd".

Reconstructie
Pacifique Kabalisa zegt dat hij vanuit België de affaire-Theunis begon te volgen toen hij vernam dat de pater beschuldigd werd van het aanzetten tot genocide in Rugenge. Zo heeft hij zich een beeld gevormd over de arrestatie van pater Theunis.

Vooral de beschuldiging van een rescapé uit Rugenge heeft Kabalisa ten zeerste verbaasd. "Ik heb deze getuige zeker vier keer geïnterviewd, over abbé Wenceslas Munyeshyaka van de Sainte Famille, over kolonel Munyakazi, ook voor ons boek "Pas si innocentes lorsque les femmes deviennent tueuses" en meer bepaald over Odette Nyirabagenz die raadslid was in Rugenge. Waarom beslist hij nu pas, 11 jaar na de feiten, voor het eerst de naam van Guy Theunis uit te spreken?"

Een andere rescapé zou bevestigd hebben dat hij pater Guy Theunis tijdens de genocide samen met een militaire chef in de Sainte-Famille Tutsi vluchtelingen heeft zien meenemen. "Dat lijkt me ook erg onwaarschijnlijk gezien de resultaten van mijn onderzoek over de moorden die in de Sainte Famille zijn gebeurd".

Andere getuigen behoren volgens Kabalisa tot het uitgebreide apparaat van het Front Patriottique du Rwanda (FPR), de partij van president Kagame.
Zij ondervragen pater Theunis tijdens de gacaca-zitting over publicaties waarvan hij de auteur zou zijn, en ze besluiten volgens Kabalisa unaniem dat Guy Theunis tot ethnische haat heeft aangezet en bijgevolg tot de genocide. De pater zou als verdediging hebben aangevoerd – in het Kinyarwanda, de nationale taal –dat al die geschriften in hun context geplaatst moeten worden en in het kader van het werk dat hem toen was toevertrouwd.
Mogelijk ligt de zaak niet zo simpel. Zo vraagt Immaculée Ingabire, een journaliste aangesloten bij de Association des Journalistes, aan pater Theunis waarom hij in de geciteerde geschriften het bijzonder geladen woord 'travailler' is blijven gebruiken. In de context van de genocide betekent 'travailler' hetzelfde als "uitroeien, het was een code-woord waarmee de genocidaires hun slachtpartijen aanduidden.

De getuigen Tom Ndahiro en Antoine Mugesera kent Kabalisa persoonlijk. Kabalisa: "Tom Ndahiro is commissaris in de Commission Nationale des Droits de l'Homme, actief lid van de FPR. Ik heb hem in 1994 leren kennen toen hij voor Orinfor, de Rwandese informatie-denst, werkte. We hebben voor ons werk veel van gedachten gewisseld. Ik beschouw hem als een vriend. Senator Mugesera heeft mij in december 1999 geïnterviewd toen ik solliciteerde bij het Fonds d'Assistance aux Rescapés du Génocide (FARG), waarvan hij bestuurslid was. Ik ben er eind '99 directeur geworden van de dienst-Projecten. Hij was toendertijd ook voorzitter van Ibuka, het collectief van verenigingen van rescapés en hij is erg gerespecteerd en geëngageerd in het FPR".

Heeft de FPR deze gacaca-zitting tegen pater Theunis gemanipuleerd?
Pacifique Kabalisa: "Dat kan ik niet zeggen. Ik heb u gezegd: ze citeerden passages uit boeken. Ook Theunis heeft gezegd: is dat goed geciteerd, in de juiste context? Zolang ik dat niet weet, kan ik de gefundeerdheid van de passages niet bevestigen of ontkennen".

Als de bewijslast tegen pater Theunis zo licht weegt, waarom is hij dan opgepakt en gevangen gezet? Volgens Kabalisa's reconstructie draait de zaak rond het tijdschrift Dialogue, waarvan pater Theunis een oud-journalist is. Vlak voor zijn aanhouding heeft Theunis in Kigali over Dialogue gepraat met senator Mugesera. Het gesprek vond plaats bij pater Blanchard waar Theunis logeerde. Mugesera eiste dat de administratie van Dialogue helemaal van Europa naar Rwanda zou komen, kennelijk om het blad te neutraliseren. Dialogue zou namelijk tegen de FPR en zijn politiek in Rwanda gekant zijn. Het gesprek is heftig geëindigd.

Machtspartij
"De genocide heeft Rwanda verwoest. Om het land weer op te bouwen, is er gerechtigheid nodig voor de slachtoffers. Daarzonder berust de reconstructie op los zand", zegt Pacifique Kabalisa. Hijzelf hield zich na de genocide staande met zijn werk voor African Rights. Het is een hard gevecht geweest. Kabalisa: "African Rights heeft als eerste gepubliceerd dat er twee nonnen bij de genocide betrokken waren. Mijn directrice wilde dat eerst absoluut niet geloven: nonnen die aan het moorden slaan? Ze is zelf moeten meegaan naar de getuigen voor ze het wilde geloven".

Maar nu, zegt Kabalisa, zijn de machtshebbers in Kigali meer bezorgd om hun eigen belangen dan om het helpen van de slachtoffers van de genocide.

In 2000, toen hij voor het FARG werkte, heeft hij dat voor het eerst beseft. Kabalisa: "Het Fonds was een politieke instelling geworden die ervoor moest zorgen dat de regering goed in beeld kwam, omdat dat buitenlandse steun aantrekt. Maar het Fonds deed niets meer. De regering was de enige geldschieter maar ze stapelde enorme betalingsachterstallen op en we konden de mensen niet meer helpen. Ik stond aan het hoofd van een departement dat meest hulpbehoevende overlevenden van de genocide materieel moest helpen.In oktober 2000 heb ik een lang rapport geschreven dat de passiviteit aankloeg. Andere departementshoofden (van gezondheid en opvoeding) hebben hetzelfde gedaan maar de raad van bestuur die onze rapporten zou bespreken, heeft nooit plaatsgevonden. Toen was het duidelijk dat de politiek de zaken op hun beloop wilde laten en nog dezelfde maand heb ik ontslag genomen. Economisch had ik het goed bij het Fonds, maar moreel gezien kon ik er niet meer werken".

Pacifique Kabalisa keerde terug naar African Rights. Hij werd er hoofd van een team van 6 onderzoekers. Maar begin 2003 botste hij daar rechtstreeks met de Rwandese regering.

Kabalisa: "Op 1 januari 2003 kwam er een communiqué van bij de president dat de vrijlating van 40.000 genocide-verdachten toestond zonder proces. We begrepen dat niet, maar het was kort voor het begin van de officiële start van de campagne voor de presidentsverkiezingen. De eerste gacaca-tribunalen waren pas enkele maanden eerder gestart en die formule was toch ingevoerd om te vermijden dat mensen lang zonder proces opgesloten zouden blijven. Ik vond ook dat we opnieuw aan de rescapés moesten vragen wat zij van de maatregel vonden. Mijn directrice vond het beter eerst de president in te lichten. Ik ben op 14 januari 2003 haar brief aan de diensten van de president gaan afgeven. Twee dagen later hebben wij het communiqué met onze bedenkingen bekendgemaakt, het is overigens door Radio Rwanda gecensureerd. Het is heel slecht ontvangen. Ik ben geconvoqueerd door de militaire inlichtingendienst. Maar ik bleef op mijn standpunt over het gerecht van nà  de genocide in Rwanda: nous avons survécu pour témoigner, pour dénoncer, pour réclamer la justice. Maar dat gevecht kon ik niet winnen, en ik ben moeten vluchten. Voor Westerlingen zijn alle tutsis in Rwanda beschermingen van de FPR. Maar dat klopt niet. je mag die twee niet verwarren. Van zodra je in Rwanda kritiekop de regering uitspreekt, word je als een vijand van het regime beschouwd. Persvrijheid wordt enkel getolereerd als de pers de opvatting van de politieke macht volgt en het is bijzonder spijtig dat de zaken na de genocide zo gelopen zijn. Alsof we niets van de geschiedenis hebben geleerd.»

De acht van Stanleystad,een weerzinkwekkende gijzeling;

Soldaat

Berichten: 4

Woonplaats: Leopoldsburg

Geplaatst: Wo Okt 18, 2006 4:39 pm Onderwerp: De acht van Stanleystad Een mensonterende gijzeling.

--------------------------------------------------------------------------------

Ik ben Roland Marico, geboren te vlamertinge (Ieper).Woonplaats: Guillaumelaan 5 Leopoldsburg 3970 Telf: 011-747782 Gsm:0475664281 Email: roland.marico@telenet.be.Als militair heb ik twee maal verplicht geweest naar Congo te vertrekken Ik ben gevangen genomen door de rebellen, en zes maand opgesloten in een cel, waar ik gefolterd en mishandeld geweest ben.Ik heb een boek geschreven over deze gijzeling Prijs: 12,70 euro.Voor meer informatie,tik mijn naam in opGOOGLE (roland marico) en bekijk alle sites van de ACHT VAN STANLEYSTAD.Het zal mij veel plezier doen een email te mogen ontvangen.De beste groeten en tot binnen kort.

Roland