Indymedia.be is niet meer.

De ploeg van Indymedia.be is verhuisd naar DeWereldMorgen.be waar we samen met anderen aan een nieuwswebsite werken. De komende weken en maanden bouwen we Indymedia.be om tot een archief van 10 jaar werk van honderden vrijwilligers.

Jonathan Safran Foer: 'We eten te veel vlees'

Jonathan Safran Foer: 'We eten te veel vlees'

Na de twee briljante romans 'Alles is verlicht' en 'Extreem luid & ongelooflijk dichtbij' waagt Jonathan Safran Foer zich met 'Dieren eten' op het pad van de non-fictie. Drie jaar lang doorlichtte hij de vleesindustrie en ging hij op zoek naar duurzame alternatieven. Hij was kort in het land om zijn nieuwe boek aan het Belgische publiek voor te stellen.

Jonathan Safran Foer.jpg

Foto van Bea Merckx

Jonathan Safran Foer zit nog aan de ontbijttafel wanneer ik even voor acht uur het chique Hotel Firean in Antwerpen binnenstap. Ik word gevraagd om nog even te wachten en neem plaats in het art-deco salon met Tiffany glasramen. Het interview mag exact een halfuur duren, daarna heeft de New Yorkse schrijver een afspraak met een journaliste en een fotografe van Knack Weekend. Blijkbaar is er veel belangstelling voor 'Dieren eten', een boek waar J.S Foer aan begon toen hij vader werd en worstelde met de vraag of hij zijn kinderen al dan niet vlees mag voorschotelen.

Waarom een boek over dieren eten, je had net zo goed kunnen nagaan of New York een veilige stad is om kinderen in groot te brengen en welke school de beste kansen biedt voor hun toekomst.
J.S. FOER: “Ik heb mij ook afgevraagd of New York een goede plek is voor mijn kinderen en welke school het meest geschikt is. Maar over die dingen is al heel veel goede informatie beschikbaar. Vleesconsumptie is een belangrijk onderwerp waar niemand over spreekt. Er zijn geen mainstream boeken die de problematiek belichten zoals ik het wil lezen. Daarom heb ik 'Dieren eten' geschreven.”

De negenjarige Oskar, het hoofdpersonage in 'Extreem luid & ongelooflijk dichtbij' is een overtuigd veganist. Hij weigert zelfs op een lederen sofa plaats te nemen omdat hij niet 'gelooft' in leder. Maakte je als kind ook dat soort bedenkingen?
J.S. FOER: “Instinctief ben ik er altijd wel mee bezig geweest, maar ik ging nooit over tot kritisch onderzoek tot wanneer ik vader werd en mij afvroeg of ik mijn kinderen met vlees moest grootbrengen.”

Veel vegetariërs schotelen hun kinderen wel vlees voor. Ze zijn bang dat hun kinderen anders iets tekort zullen komen.
J.S. FOER: “Ik begrijp de bezorgdheid van de ouders die dat doen, want zelf heb ik ook schuldgevoel gehad. Ons leven lang wordt ons verteld dat we vlees nodig hebben om gezond te zijn en dat maakt het moeilijk om daartegen in te gaan. Maar volgens de wetenschap is dat niet waar. Mijn onderzoek ben ik begonnen met gesprekken met vooraanstaande diëtisten, niet één van hen zei dat vlees noodzakelijk is. En ik bezocht geen enkele vegetarische diëtist. Volgens de ADA (American Dietetic Association) is een vegetarisch dieet gezond tijdens elke levensfase.”

Bij elke maaltijd kies je opnieuw om vegetariër te zijn, zeg je. Wat bedoel je daarmee?
J.S. FOER: “Daarmee bedoel ik dat elke maaltijd een prima gelegenheid is om geen vlees te eten. Je hoeft daar geen 'vegetariër of 'veganist' voor te zijn. Ik wil niemand indelen in hokjes, daarmee ontmoedig je mensen die bereid zijn om kleine veranderingen aan te brengen in hun eetgewoonten. We kunnen ons beter toespitsen op de kleine gelegenheden die zich voordoen.”

Zoals 'Donderdag Veggiedag', een vleesverminderingsinitiatief waar zelfs het Gentse stadsbestuur in mee stapt. Vorige maand vroegen ex-Beatle Paul McCartney en Rajendra Pachauri van het VN-klimaatpanel aan het Europees Parlement om een gelijkaardig programma op Europees niveau. Zou zo een initiatief ook in de VS kunnen aanslaan?
J.S. FOER: “Absoluut niet. In Amerika zou dat wellicht beschouwd worden als een beperking op de vrije meningsuiting. Als er iets is dat Amerikanen niet graag hebben, dan is het dat hen gezegd wordt wat ze niet mogen doen.”

Anderzijds zijn er plaatsen in de VS waar je niet anders kan dan vlees eten omdat er gewoon geen alternatief is.
J.S. FOER: “Inderdaad. In de zogenaamde urban food deserts is alleen maar fastfood beschikbaar. Daar wonen voornamelijk arme mensen in sociale woningen. Om naar de supermarkt te gaan heb je een auto nodig, maar dat hebben ze niet en op loopafstand is er alleen maar een McDonalds waar je terecht kan. Dat is bedroevend.”

Hoe zit het met de middagmalen in scholen?
J.S. FOER: “Er is een nationaal programma voor de lunch op school van het landbouwdepartement. Concreet komt het erop neer dat de grote haaien van de landbouwindustrie hun vleesoverschotten aan dumptarieven verkopen aan scholen. De gemiddelde kostprijs voor een lunch is 78 cent, maar voor dat bedrag kan je natuurlijk geen degelijke maaltijd maken.”

Je geeft vaak lezingen op scholen. Hoe reageren jongeren op 'Dieren eten'?
J.S. FOER: “Ongelooflijk goed. Jongeren ervaren vlees eten totaal anders dan ouderen. 18% van de leerlingen op middelbare scholen in de VS zijn vegetariër. Dat is een gigantische groep. Over enkele jaren zal -wanneer die jongeren volwassen zijn- alles er anders uitzien. Wanneer mensen het volledige verhaal van vlees eten kennen, zal de perceptie vanzelf omdraaien. Over tien jaar zullen vleesgerechten als alternatief op het menu in restaurants worden aangeboden, zoals nu het het geval is voor vegetarische maaltijden.”

Loop je niet te hard van stapel? In 'Dieren eten' beschrijf je de absolute macht van de vleesindustrie en hoe die in staat is onze eetgewoonten beïnvloeden. Dat kan je toch niet zomaar omkeren?
J.S. FOER: “Toch is de consument machtiger dan de vleesindustrie, want bedrijven leven nu eenmaal bij de gratie van de consument. Het is de consument die uiteindelijk beslist. Als we met z'n allen beslissen om geen kip afkomstig van de bio-industrie meer te kopen, dan moeten die bedrijven omschakelen naar een duurzamer alternatief, anders zijn ze hun geld kwijt. Als wij geen eieren meer willen kopen van legbatterijen, dan creëer je een markt voor iets anders.”

Jouw nachtelijke escapades met dierenrechtenactiviste C. levert een spannende episode op in het boek. Samen trekken jullie erop uit om de levensomstandigheden van vleeskippen te inspecteren. Kon je niet gewoon aanbellen en vragen of je een kijkje mocht nemen in het bedrijf?
J.S. FOER: “De poorten van die bedrijven moeten gesloten blijven voor de buitenwereld, want mensen mogen niet zien wat zich daarbinnen afspeelt. Dat op zich vond ik zeer beangstigend en zorgwekkend. We moeten het recht hebben om te weten waar ons voedsel vandaan komt en hoe het geproduceerd wordt. Ik zeg niet dat elke boerderij zijn deuren moet openzetten voor iedereen die een kijkje wil nemen, maar de industrie moet op zijn minst beschikbaar zijn om toelichtingen te geven over het productieproces. Het gaat tenslotte niet zomaar om een auto of een voetbal, maar om eten. We steken het in onze mond en het wordt een onderdeel van ons lichaam.”

Je beschrijf hoe de bio-industrie dieren reduceert tot vleesmachines zodanig dat je er als lezer bijna van begint te kokhalzen. Anderzijds is het streven naar een beetje efficiëntie toch een gezonde reflex?
J.S. FOER: “Gezond? In de natuur kunnen kippen tien jaar worden, maar in de bio-industrie worden ze na veertig dagen al geslacht. Als je industriële kippen langer laat leven breken hun botten, scheuren hun pezen en zwichten ze door hun eigen gewicht. Vergelijk het met een mens die na zes maanden niet meer in leven te houden is. De toestanden die zich voordoen zijn gewoon waanzinnig, industriële kippen zijn monsters van Frankenstein. Hetzelfde geldt voor varkens en gedeeltelijk ook voor koeien.”

Je legt de nadruk op vlees en de zuivelproductie ga je bijna volledig uit de weg. Toch is het leven van een legkip niet beter dan dat van een vleeskip en gelden bijna alle bezwaren tegen rundvlees ook voor melk.
J.S. FOER: “Om verschillende redenen heb ik gekozen voor 'Dieren eten' en niet voor 'Melk drinken' bijvoorbeeld. Leven zonder zuivelproducten vergt een veel ingrijpendere ommekeer. Ik wil mensen niet afschrikken door de lat van bij het begin te hoog te leggen. Voor mij is de eerste stap van belang en die is haalbaar voor iedereen. Uiteindelijk is niemand onverschillig over het welzijn van dieren en wil geen mens het milieu om zeep helpen.”

Toch blijft de mondiale vleesconsumptie gestaag stijgen. Kunnen we die curve zomaar ombuigen?
J.S. FOER: “Het zal moeten. Als de consument die keuze niet uit zichzelf maakt, dan zal de natuur ons daartoe dwingen, want de vleesindustrie is een regelrechte aanslag op alles wat leeft. We eten te veel vlees -niet omdat we daar zoveel behoefte aan hebben, maar omdat de markt foute prijssignalen uitstuurt. Als gevolg van de industrialisering van de landbouw is vlees goedkoper dan om het even welk ander voedingsmiddel. Omdat bepaalde kosten niet meegerekend worden, kom je tot situaties waarbij een biefstuk goedkoper is dan een groene paprika. Een correctere prijsbepaling zou ons voedingspatroon al een flink eind in de goede richting sturen.”

Hoe was de algemene respons op 'Dieren eten'?
J.S. FOER: “Zeer goed. Ik dacht dat het een controversieel boek zou worden, maar dat was absoluut niet het geval. Sommigen hebben kritiek op mijn schrijfstijl, maar niemand op de inhoud.”

Zelfs de vleesindustrie niet?
J.S. FOER: “Die zegt niets.”

mooi interview

Mooi interview Leo.

Een video-verslag van de MO*lezing die Jonathan Safran Foer vrijdagavond hield in een uitverkochte theaterzaal van de Vooruit, kan je bekijken op http://www.mo.be

Naar aanleiding van de lezing publiceerden we ook een MO*paper 'Mogen we nog dieren eten in tijden van voedsel- en klimaatcrisis?' met bijdragen van Jonathan Safran Foer en Louise Fresco. Je kan die paper gratis downloaden op http://www.mo.be/mopapers

Tags