Indymedia.be is niet meer.

De ploeg van Indymedia.be is verhuisd naar DeWereldMorgen.be waar we samen met anderen aan een nieuwswebsite werken. De komende weken en maanden bouwen we Indymedia.be om tot een archief van 10 jaar werk van honderden vrijwilligers.

Cineaste Saddie Choua :« Ik wou de weduwen van de mijnwerkers laten spreken »

Cineaste Saddie Choua :« Ik wou de weduwen van de mijnwerkers laten spreken »

Op zaterdag 25 november toonde de jonge Belgische cineaste Saddie Choua haar nieuwste film in avant-pemière in Euroscoop in Winterslag (Genk). De film « De strijd-lustige weduwen » is een documentaire waarin Saddie Choua drie portretten toont van Italiaanse weduwen die 50 jaar geleden hun man verloren in de mijn van Marcinelle.

Saddie_20061125_0059.jpg

« Ik wilde de geschiedenis van de migratie vastleggen, maar dan gezien door de ogen van de weduwen van Marcinelle. Fernando Marzo (voorzitter van de Italiaanse migrantenorganisatie ACLI in Genk) vond dat een fantastisch idee en heeft me daarin gesteund. Ik wil altijd de dingen die op het punt staan te verdwijnen vasthouden. Ook in mijn privé leven ben ik zo, ik wil de mooie momenten niet laten verloren gaan. De vrouwen die ik geïnterviewd heb verloren alle drie hun man in de ramp van Marcinelle. Er zijn al veel films gemaakt over Marcinelle, maar nog nooit gezien door de ogen van de weduwen. »

Opmerkelijk in de film is de openheid, ja zelfs de gretigheid waarmee die vrouwen voluit vertellen over dat pijnlijke verleden.

« Ik heb maar vier telefoontjes moeten doen om een positief antwoord te krijgen van 3 vrouwen die akkoord gingen dat ik kwam filmen. Slechts één wou niet meedoen en wilde het verleden laten rusten. De weduwen praatten over hun man alsof ze nog altijd verliefd op hen zijn. Hun ogen lichten iedere keer op als ze de naam van hun man uitspreken. Alle drie hebben ze gemeen dat ze hun man niet lang gekend hebben en hen maar zelden gezien hebben. Eén van hen verbleef zelfs de hele tijd in Italië terwijl haar man in België in de koolmijn werkte. Ze had vooral contact per brief. Zij zag haar man in die periode amper 4 keer. Hij kwam alleen naar huis om kindjes te maken. Het beeld van haar man leeft verder in haar dromen. De vrouwen wilden die dromen aan mij vertellen. Ze waren niet te stoppen, zelfs niet door hun eigen kinderen. Ze hadden honger om te vertellen. Het was alsof ze er 50 jaar op gewacht hadden. »

Om de vrouwen te interviewen ben je naar Zuid-Italië gegaan. Was het niet moeilijk om als Marokkaans-Belgische vertrouwen te krijgen binnen die vreemde omgeving ?

« Ik hou er niet van om in vakjes geduwd te worden. Ik heb zoals iedereen mijn eigen geschiedenis. Ik ben geboren in Bree. Mijn moeder is Belgisch en mijn vader Marokkaan. Ik ging naar het lyceum in Genk. Ik vind het belangrijk om die verscheidenheid rond mij te hebben. Het verhaal van die vrouwen is voor mij helemaal niet vreemd. Ik herken die verhalen via mijn vader of door wat ik er over gelezen heb. Door de film heb ik ontdekt dat de Zuid-Italiaanse cultuur sterk aanleunt bij de Marokkaanse. Zo verneem je bijvoorbeeld dat alleenstaande vrouwen niet zomaar alleen hun huis mogen verlaten. Dat is ook zo in Marokko. »

In het begin en op het einde van de film zie je een Italiaanse ijsventer rondtoeren. Wat is daar de betekenis van ?

« De ijsventer die in zijn autootje meezingt met de Italiaanse schlager ‘voi fare Americano’, doet herinneren aan de Italianen van na de oorlog die droomden van weg te trekken naar Amerika, de droom van de emigratie. Het is de humoristische beginnoot en eindnoot van de film. »

Komen er na Genk nog andere steden aan de beurt waar we je film kunnen gaan bekijken ?

« Eigenlijk is de film nog niet helemaal af. Vandaag was niet meer dan een try-out. Er moet ook nog gesleuteld worden aan het geluid. Als de film over enkele maanden volledig af is wil ik ermee rondtrekken in België. Ik doe het alleen op vraag van plaatselijke groepen die dan achteraf een debat organiseren met vrouwen. Ik wil hun geschiedenis levendig houden. »