Indymedia.be is niet meer.

De ploeg van Indymedia.be is verhuisd naar DeWereldMorgen.be waar we samen met anderen aan een nieuwswebsite werken. De komende weken en maanden bouwen we Indymedia.be om tot een archief van 10 jaar werk van honderden vrijwilligers.

[Wereldkamp] “In Haïti zie je de nefaste gevolgen van de liberalisering van de landbouw”

[Wereldkamp] “In Haïti zie je de nefaste gevolgen van de liberalisering van de landbouw”

TIELEN – Op het Wereldkamp van Broederlijk Delen staat dit jaar Haïti centraal. “Dat land bewijst dat de liberalisering van de landbouw geen goed idee is,” zegt Karel Malfliet. Maar het Carraïbische eiland staat niet alleen symbool voor de problemen van het Zuiden, het reikt ook redenen aan om hoopvol te zijn.

carl.JPG

Karel Malfliet van Broederlijk Delen

Hoe kwamen jullie eigenlijk terecht bij Haïti?
Karel Malfliet: “Het Wereldkamp blikt elk jaar vooruit op de komende campagne. Daarvoor gaat Broederlijk Delen het hele gamma af van landen waar wij partners ondersteunen. We zoeken het het éne jaar in Azië, daarna in Afrika, dan weer in Zuid-Amerika... Het is een soort cyclus. Maar er is meer: de keuze voor een land heeft ook te maken met de vraag rond welk thema je campagne wil voeren. We werken nu al twee jaar samen met de andere organisaties van '2015 – de tijd loopt' rond het thema landbouw. En dus zochten we een land waarop het landbouwthema speciaal van toepassing is. Voor Haiti geldt dat zeker, want 65% van de mensen leeft er van de landbouw én Haïti wordt enorm getroffen door de liberalisering. Je hebt er heel veel import van goedkope overschotten vanop de Amerikaanse markt, vooral rijst en tarwe. Die combinatie maakte Haiti interessant om dit jaar campagne rond te voeren. Het wereldkamp blikt daarop vooruit: de jongeren die naar het wereldkamp komen, zijn de best geïnformeerde Vlamingen als de campagne begint.”

Vertel eens wat meer over jullie Haïtiaanse partners.
Karel Malfliet: “Broederlijk delen ondersteunt in Haïti 21 organisaties. Die zitten allemaal op één van de twee assen die steeds terugkomen in onze werking, of op allebei. De eerste as is duurzame plattelandsontwikkeling. Dat gaat niet alleen over boeren en over de productie van voedsel, maar ook over het creëren van een goed leven op het platteland. Is er toegang tot medicijnen, tot onderwijs? De tweede as omvat alles wat te maken heeft met mensenrechten en democratie of wat we met een duur woord 'participatief burgerschap' noemen. Dat gaat niet alleen over formele democratie, verkiezingen dus, maar ook over de opbouw van democratie in de eigen groepen, zodat je zelf democratisch leert functioneren en participeren, opkomen voor je rechten.”

In welke zin staat Haïti symbool voor de problemen van het Zuiden?
Karel Malfliet: “Haïti is één van de vele voorbeelden van hoe liberalisering het leven van boeren onmogelijk maakt. De introductie van vrijhandel onder druk van het IMF, de Wereldbank en de WTO, waarbij de landen hun markten hebben opengegooid voor de import van overschotten van de wereldvoedselmarkt, heeft desastrueze gevolgen. Door Amerikaanse dumping is de rijstproductie in Haïti zwaar teruggelopen. Vroeger was Haïti zelfvoorzienend, nu voert het rijst in... Dat is een duidelijk bewijs van verdringing van de lokale productie door goedkope import. Haïti is één van de vele verhalen die bewijzen dat liberalisering van voedselmarkten leidt tot een toename van armoede en werkloosheid op het platteland en dus tot plattelandsvlucht.”

Het grote probleem is dus de liberalisering van de wereldhandel?
Karel Malfliet: “Heel het verhaal van liberalisering is sowieso al dubieus, maar voor voedsel nog meer dan voor andere producten. Voedsel is niet te vergelijken met GSM's of strijkijzers. Als je het hebt over voedsel, heb je het over mensenrechten: iedereen heeft recht op voedsel. Je kan het recht op voedsel – of andere basisrechten van de wereldbevolking – niet overlaten aan een vrije markt. De vrije markt is er alleen om winst te verzekeren aan handelaars; alleen de politiek kan de markt dwingen om ethisch te functioneren. De voorbije jaren hebben nationale regeringen altijd de raad gekregen om zich terug te trekken, om de economie over te laten aan de vrije markt. Systemen die ze hadden om lokale landbouw te stimuleren hebben ze afgebouwd: staatsbedrijven die een prijsgarantie gaven aan boeren, vorming, investeringen in infrastructuur. Dat is allemaal weg. Als gevolg daarvan zijn boeren aan hun lot overgelaten.”

“Er is ook nog een puur economische reden waarom het niet goed is om voedsel over te laten aan de vrije markt. Dat heeft te maken met de elasticiteit van de vraag. Als bijvoorbeeld de prijs van gsm's daalt, zal de vraag toenemen. Er zullen meer mensen een gsm kopen, en zo behoudt de producent dus toch nog een goed inkomen. Bij voedsel is dat niet zo. De vraag naar voedsel is in-elastisch. Het is niet omdat de prijs van het voedsel gehalveerd wordt, dat we plots dubbel zoveel gaan eten. We kunnen maar eten wat we opkunnen. Het inkomen van de boer gaat bij een prijsdaling dus drastisch naar beneden. Ook dat is een belangrijk argument om te zeggen: haal voedsel uit de vrijhandel.”

Tot zover het probleem... Is Haïti ook een symbool van hoop op een andere wereld?
Karel Malfliet: “Haïti is tot op vandaag getekend door haar geschiedenis. Het is het land waar de eerste Afrikaanse slaven naartoe gebracht zijn, nauwelijks 60 jaar nadat Colmbus er is geland... Maar na een periode van slavernij hebben de Haïtiaanse slaven zich vrijgevochten. Haïti werd daardoor de allereerste onafhankelijke zwarte staat. Die mentaliteit van het vechten tegen de slavernij overleeft tot op vandaag en maakt deel uit van de fierheid van de Haïtianen, zei één van onze partners in een interview. 'Wat wij vandaag doen', zei hij, 'is nog steeds vechten tegen vormen van slavernij, en ons belangrijkste instrument daarbij is samenwerking'.”

“Het is opmerkelijk hoe in een staat waar dictatuur heeft geheerst, waar mensen uit elkaar gedreven zijn, waar leiders vermoord zijn,... mensen toch opnieuw de moed vinden om samen te werken en aan verandering te werken. Samenwerking is inderdaad een voorwaarde om tot resultaten te komen. Op dat vlak zijn er de laatste twintig jaar een aantal zaken gebeurd die toch wel als tekenen van hoop mogen worden beschouwd: dat er lokale én nationale bewegingen ontstaan zijn van boeren, dat er vrouwenbewegingen zijn opgestaan, dat mensen samenwerken om hun rechten te verdedigen en om te participeren aan de politiek, dat ze zich organiseren om aan duurzame landbouw te doen, in een land dat compleet is kaalgeslagen, compleet ontbost,... Allemaal redenen om hoopvol te zijn.”