Dienstencheques, een tanker op drift
Dienstencheques, een tanker op drift
Jan Hertogen26 maart 2006 – 00:59
Een tanker blijft maar op koers als de coördinaten vroeg genoeg uitgezet worden. En voor de dienstencheques is dat nooit gebeurd. Er is dus hoogtechnologische actie nodig om de RSZ en de dienstenchequeswerknemers van de ondergang te redden. Elementaire info en analyse over de 528 miljoen € die nu aan de RSZ onttrokken worden (206 miljoen € meer dan oorspronkelijk voorzien) kan hierbij een factor van nadenken zijn.
In deze aanbreng hernemen we de ijkpunten voor een oplossing. Tevens ontkrachten we het verhaal van de 'terugverdieneffecten' die aan geen enkele 'economische realiteit'beantwoorden.
We hernemen hier punt 10 en 11 van de dienstenchequenota BuG nr 18 (Bericht uit het Gewisse)dat terug te vinden is op www.npdata.be/BuG/18/
10. De oplossing voor het dienstenchequesverhaal is nochtans voor de handliggend en gaat terug op het voorstel van LBC-NVK in de Non-Profit onderhandelingen voor het akkoord 2005 met toenmalig minister van werk Van den Bossche waarop nooit een antwoord gekomen is:
- Handhaven van dienstencheques énkel voor niet-zorggebonden huishoudelijk werk, dwz als iemand zorgbehoevend wordt volgens de geëigende criteria dient de hulp geïntegreerd in de algemene dienstverlening die rekening houdt met de inkomenssistuatie van de hulpbehoevende.
- Verbod van inschakeling dienstencheques door gezinshulp- en maatschappelijken diensten op de 'open markt' - zij dienen hun activiteit te beperken tot hun zorgbehoevend doelpubliek. Fixeren van de bestaande budgetten dienstencheques aangewend voor hun doelpubliek en integratie ervan in de dienstverlening en de betoelaagde activiteit van deze organisaties, zodat de vraag opnieuw kan aangepast worden aan het budgettair gecontroleerde aanbod. Op deze basis kunnen de gemeenschappen hulpverlening niet meer doorschuiven naar het federaal niveau en de RSZ en dienen zij de budgettaire consequenties te nemen van hun bevoegdheden. Liever de pil nu doorbjten dan binnen enkele jaren het toch noodgedwongen moeten doen.
- Rest het ingeperkte terrein van de dienstencheques die in hoofdzaak langs interim en commerciële firma’s zal gebeuren naar het algemene publiek en die niet meer in concurrentie zullen staan met de hulpverlenende sector. Zo kan ook veel duidelijker perk en paal gesteld worden aan de winstmarges en het oneigenlijke gebruik in beeld gebracht en gesaneerd worden alsmede het budget op een bepaald niveau fixeren.
6 jaar nadat LBC-NBK voor de duizenden DAC-ers een integratie in het gewone circuit bij de overheden bedongen heeft staat de vakbond opnieuw voor een grote uitdaging om het precaire financierings- en arbeidstatuut te herstellen van de dienstenchequesjobs. Integratie van het budget dienstencheques in de bestaande hulpverlenende of arbeidsbevorderende initiatieven sociale economie) is tevens de enige uitweg om de RSZ voor een volledig disaster te behoeden.
11. En kan het terugverdieneffect de dienstencheques redden? Zij zijn enkel een politiek argument maar geen economisch of (staats)boekhoudkundige werkelijkheid. Zolang de RSZ 528 miljoen € in hard geld betaalt aan ACCOR en zij zelf geen ‘inkomsten’ of ‘minder uitgaven’ in haar rekeningen kan boeken is het terugverdieneffect alleen maar politieke mist. En het Beheerskomitee van de RSZ weet dit maar al te goed. Als deze terugverdienrekening toch gemaakt wordt dan moet ze ook toegepast worden op de 639 miljoen €, (www.npdata.be/Data/Dienstencheques/budget)die nu langs de Sociale Maribel in de Non-Profitsectoren geïnvesteerd wordt vanuit de RSZ voor 2006. In elke onderhandeling werd door de vakbond gevraagd (en in de onderhandelingen 2005 zelfs door de overheid voorgesteld) om het terugverdieneffect van de bijkomende tewerkstelling te herinvesteren in de sector, dwz dat met de RSZ- en belastingsinkomsten en de minder uitgaven voor werkloosheid nieuwe tewerkstelling zou gecreëerd worden, maar daar is nooit op ingegaan. De RSZ wenst met sluitende rekeningen te werken! Dit nu wel doen voor de dienstencheques, zou een precedent zijn waarvan de consequenties niet te overzien zijn.
Nieuwslijnmeer

- Indymedia.be is niet meer
- Foto Actie holebi's - Mechelen, 27 februari
- Lawaaidemo aan De Refuge te Brugge
- Recht op Gezondheid voor Mensen in Armoede
- Carrefour: ‘Vechten voor onze job en geen dop!’
- Afscheid van Indymedia.be in de Vooruit in Gent en lancering nieuw medium: het wordt.. DeWereldMorgen.be
- Reeks kraakpanden in Ledeberg met groot machtsvertoon ontruimd
- Forum 2020 en de mobiliteitsknoop
- Vlaamse regering kan niet om voorstel Forum 2020 heen (fietsen)
- Fotoreportage Ster - Studenten tegen racisme
De cijfers
Jan Hertogen, 26/03/2006 – 11:34
1. Wie stelt dat er 45% terugverdieneffecten zijn voor 528 miljoen € RSZ-kost bedoelt hiermee dat slechts 290 miljoen € of 55% 'netto' zou uitgegeven zijn en dat er nog 238 miljoen € (45%) bovenop de 528 miljoen € kan uitgegeven worden, zodat in totaal 766 miljoen € op RSZ-rekening kan gezet worden. Die nieuwe jobs genereren opnieuw een terugverdieneffecten en zo kan de molen verder draaien, een echt perpetuum mobile. Maar bij de RSZ zegt men neen - dit is bedrog en enkel de werknemersbijdragen draaien er voor op. En wanneer nemen de RSZ-beheerders (werkgevers én vakbvonden) het eens op voor het RSZ-geld dat de werknemers hen hebben toevertrouwd?
2. Niet te vergeten de 73 miljoen € nodig vor de financiering van de belastingaftrek (30% van de gebruikerskost) en die op de gewone overheidsbegroting dient geboekt - belastingverminderingen zijn in de staatsboekhouding een kost die op de begroting dient verhaald. Dit wordt altijd weggemoffeld maar het is de collectieve belastingbetaler die opdraait voor deze vermindering. Geld kan niet 2x uitgegeven worden.
3. Als Wallonië en Brussel hun gelijklopende aandeel in het dientenchequesgebruik gaan opnemen (en waarom niet?) betekent dit, bijkomende aan de hierboven aangehaalde cijfers nog een extra kost van 114 miljoen €.