Indymedia.be is niet meer.

De ploeg van Indymedia.be is verhuisd naar DeWereldMorgen.be waar we samen met anderen aan een nieuwswebsite werken. De komende weken en maanden bouwen we Indymedia.be om tot een archief van 10 jaar werk van honderden vrijwilligers.

"'Bio' niet noodzakelijk mens- en milieuvriendelijk"

"'Bio' niet noodzakelijk mens- en milieuvriendelijk"

Na een maand in een biologisch tomatenbedrijf gewerkt te hebben, ben ik de illusie dat bioproducten steeds een mens- en milieuvriendelijk productieproces doorlopen hebben, voorgoed kwijt....

“Ecopark Nijar”: een bedrijf in de streek van Cabo de Gata (Almería) dat biologische tomaten produceert en exporteert. Ik solliciteer en snel nadien word ik gecontacteerd om een maand lang tomaten af te wegen en in te pakken. Ik ben enthousiast: een bio-bedrijf ... kan ik het beter treffen. Als ik ga werken in de moestuin van Spanje, dan liefst in een bedrijf dat kwa visie aanleunt bij mijn levensstijl. Dacht ik....

Na een maand vind ik maar één aspect dat van een natuurvriendelijke visie van het bedrijf getuigt, namelijk de onbespoten tomaten. Chemische kuisproducten, milieu-onvriendelijke verpakkingen, meters gebleekt papier en rollen plastic passeren elke dag door mijn handen. Om nog maar te zwijgen over het afval dat niet gerecycleerd of gesorteerd wordt en de kilo’s tomaten die in vuilniscontainers belanden.

Wat me nog het meest van al verbijstert, zijn de arbeidsomstandigheden die ik met een zestigtal andere vrouwen deel. Drie Spanjaarden zijn verantwoordelijk om de voornamelijk vrouwelijke arbeiders aan het werk te zetten en te houden. Zij vervullen deze klus al roepend. De eerste maal dat zo’n man me met priemende vinger toeroept “gij, naar boven”, dacht ik dat het een grap was. Later besef ik dat brullen dé vorm van communicatie is in het bedrijf. Dit brul-regime besmet gelukkig het onderlinge contact niet. Ik word ingelijfd in het cherrytomaten-team en word vanaf dag één opgevangen, geschoold en geholpen door een tiental vrouwen. Hoewel praten tijdens het (oersaaie) werk niet wordt geapprecieerd door de verantwoordelijken, zijn de gesprekjes tijdens het inpakken het enige wat de job boeiend maakt.

We werken van 9u tot 13u30 en van 16 u tot 20 u. Helaas, zulke doorsnee werkdagen maak ik gedurende die maand maar enkele malen mee. Meestal houden we pauze om 20 uur en werken daarna door tot in de late uren. Die lange werkdagen zorgen voor een triestige avondsfeer in de koude fabriek. Iedereen staat verkleumd gedurende eindeloze uren tomaten in te pakken. Het gevolg is dat iedereen staat te kuchen en te niezen boven de biotomaatjes. Lekker hygiënisch. Ironisch genoeg worden we wel verplicht een muts en handschoenen te dragen (deze laatste moeten we, tegen de wettelijke conventie in, zelf betalen).

Niemand weet tot hoe lang de avond/nachtshift zal duren. Zo’n uurrooster geeft lange werkdagen en een werkweek die gemakkelijk kan oplopen tot 57 uren. Het toppunt van dit alles was een werkdag tot 1 u ‘s nachts om de volgende ochtend om zes uur weer door te werken. Om de vele bestellingen rond te krijgen, wordt er voor deze gelegenheid zelfs een busje met zigeuners aangereden.

De gevolgen van dit werkritme zijn samen te vatten in volgende woorden van een tomatencollega: “no tenemos ni vida, ni pago”. Geen leven, geen loon. “Geen leven”, omdat het uurrooster een mens afmat en onvoldoende tijd geeft voor familie en ontspanning. Het weekend is er om bij te slapen en het huishouden te doen. Evenmin is er een goed loon, want groenten inpakken valt in de laagste loonschaal. We draaien met andere woorden gigantisch veel uren, zonder daar ook maar iets van voldoening, vrije tijd of loon voor te krijgen. Integendeel, werken bij Ecopark maakt een mens moe en ziek. Maar, zo vertelt het blad me naast de prikklok, “Ecopark vindt het psychische en sociale welzijn van zijn arbeiders heel belangrijk”. Ja, ja!

Om het verhaal rond te maken: er werken slechts een tiental Spanjaarden in het bedrijf. De meesten bezetten de iets hogere en beter betaalde postjes. De andere arbeiders zijn van Litouwse, Roemeense en Marokkaanse afkomst. Inderdaad, mensen wier miserie nog groot genoeg is om voor een miserabel loon op de meest onmenselijke uren tomaatjes in te pakken voor de (on)bewuste bioconsument.

Mijn Ecopark-werkervaring maakt duidelijk dat “bio” evengoed kan samengaan met een milieuonvriendelijk bedrijfsbeleid en mensonwaardige arbeidsomstandigheden. De wetgeving betreffende biologische landbouw staat dit niet in de weg.

Wie bioproducten wil die wél met een doorgedreven respect voor mens en milieu geproduceerd worden, kan zich laten leiden door biolabels. Sommige biolabels hanteren namelijk strengere criteria dan de minimumnormen die de wetgeving voorschrijft. Als bioconsument moet je dus zelf nagaan wat je van een bioproduct verwacht en welke biolabels díe producten aanduiden die daaraan voldoen. Zo sluiten de bioproducten die je koopt, aan bij jouw visie op “bio”.

De grote boosdoener in dit hele verhaal is de vrijemarkteconomie. De concurrentiestrijd overleven en winst maken, impliceert, ook in de biologische landbouw, de uitbuiting van mens en natuur. Associatieve economie is een alternatief. Het schrapt “winst” en biedt zo de ruimte om met respect voor plant, dier, mens en omgeving te produceren.

Meer lezen over de vergelijking van biolabels, de impact van vrije markt op biologische landbouw, associatieve economie en hoe dit concreet ingevuld kan worden: www.elsenmathieu.wordpress.com (‘t Staartje)