Indymedia.be is niet meer.

De ploeg van Indymedia.be is verhuisd naar DeWereldMorgen.be waar we samen met anderen aan een nieuwswebsite werken. De komende weken en maanden bouwen we Indymedia.be om tot een archief van 10 jaar werk van honderden vrijwilligers.

Nederlandse wapenhandelaar in Liberia krijgt acht jaar cel

Nederlandse wapenhandelaar in Liberia krijgt acht jaar cel

Een Nederlandse rechter veroordeelde Guus Van Kouwenhoven recent tot acht jaar cel omdat hij het wapenembargo tegen Liberia heeft geschonden. Van beschuldigingen over oorlogsmisdaden werd hij vrijgesproken. Van Kouwenhoven verkocht wapens aan oud -president Charles Taylor in ruil voor kapvergunningen. Wat waren de wantoestanden in Liberia? Wie is Van Kouwenhoven en wat is het verband tussen zijn houtkapbedrijf, Taylor en wapenhandel? Amnesty International onderzocht het en kwam tot verbazingwekkende resultaten.

39620234_362b916738_m.jpg

Foto: Documentary Educational Resources (flickr.com)

Guus van Kouwenhoven werd aangehouden in Rotterdam in 2005 en de Nederlandse autoriteiten sleepten hem voor de rechtbank wegens oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid in Liberia. De Nederlander was hoofd van de Oriental Timber Company (OTC). Dat bedrijf was het grootste houtkapbedrijf van Liberia in de late jaren negentig en aan het begin van de jaren 2000.

In een VN-rapport beschrijft men Van Kouwenhoven: "Hij is verantwoordelijk voor de logistieke aspecten van wapendeals met Liberia, eigenaar van Hotel Africa (de thuisbasis voor zijn gokimperium in Liberia), voorzitter van OTC, persoon die het verbod door 'VN-resolutie 1343' negeert door wapens te verhandelen, en geldschieter van het Taylor-regime in een poging om Sierra Leone te destabiliseren om illegale toegang te krijgen tot diamanten en fondsen." In 2004 werd Van Kouwenhoven ook op de US Denied Person List gezet.

Amnesty International Vlaanderen meldde reeds dat de Nederlandse wapenhandelaar inbreuk pleegde op een VN-wapenembargo tegen Liberia door een groot aantal wapens - waaronder AK-47-geweren, machinegeweren en granaatlanceerders - te verschepen van China naar Liberia. De wapens zouden door milities gebruikt zijn om politieke tegenstanders en burgers te vermoorden. Maar volgens de rechter was Van Kouwenhoven daarvan niet op de hoogte.

Nochtans is het bewezen dat duizenden Liberiaanse burgers vermoord, verkracht en uit hun huizen verjaagd werden. Dat blijkt uit het A.I.-rapport 'Dead on Time: arms transportation, brokering and the threat to human rights' over wapentransporten, tussenhandel en de bedreiging voor de mensenrechten. Amnesty International schreef het rapport samen met TransArms, een onderzoekscentrum dat zich richt op de logistiek van wapentransporten.

Over de wantoestanden in Liberia rapporteerde Amnesty International in 2004: "Toen het gewapende conflict verergerde waren de regering en de oppositietroepen verantwoordelijk voor een wijdverspreid misbruik van burgers. Ze hebben zich schuldig gemaakt aan moord, marteling, verkrachting en andere vormen van seksueel misbruik, en het onder dwang rekruteren van kinderen. Honderdduizenden burgers werden gedwongen te vluchten. Ondanks vredesakkoorden en een staak-het-vuren, blijven de vijandigheden en schendingen van de mensenrechten voortduren."

Amnesty International had eerder, in 2001, al gerapporteerd dat in Liberia de veiligheidsdiensten zich blijven schuldig maken aan marteling, mishandeling en andere schendingen van de mensenrechten. Journalisten en al wie de mensenrechten durfde te verdedigen werd opgepakt, aangevallen of verbannen. Politieke gevangen werden veroordeeld tot gevangenisstraffen in processen die volgens internationale standaarden oneerlijk verliepen.

De rol die van Kouwenhoven en OTC speelden in het steunen van het regime van voormalig president Charles Taylor kwam voor het eerst aan het licht door onderzoek van het tijdschrift 'The Perspective' en de niet-gouvernementele organisatie (ngo) Global Witness. Rapporten van experts van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties (VN) over Liberia en Sierra Leone en andere officiële onderzoeken bevestigden de beschuldigingen. Bovendien bewezen ze dat er een heel netwerk van bedrijven het Liberiaanse regenwoud aan het vernietigen was en op allerlei manieren te maken had met de plannen van Taylor om het wapenembargo van de VN te omzeilen. Volgens die rapporten waren China en Frankrijk de voornaamste importeurs van de boomstronken die Liberia uitvoerde, maar Liberia voerde naar nog zeventien andere landen uit. Begin 2001 protesteerden China en Frankrijk ertegen dat hout inbegrepen was in de VN-sancties tegen Liberia. De Veiligheidsraad argumenteerde dat de houtbedrijven een essentiële rol speelden in de economische en sociale ontwikkeling van het land.

Volgens de ngo Global Witness hebben verscheidene schepen, gelinkt met OTC, militair materiaal uitgeladen in Liberia terwijl ze wachtten op hun vracht boomstronken. Begin juli 2001 bijvoorbeeld, toen de Antarctic Mariner aankwam na China verlaten te hebben via Singapore, en onder strenge bewaking, grotendeels 's nachts, uitgeladen werd door gewapende troepen en OTC personeel. Het schip werd daarna volgeladen met 30.000 kubieke meter boomstronken van OTC voor vervoer naar China. Verder stond in een rapport van de Washington Post in juni 2002 dat schepen, gecharterd door OTC, wapens geleverd hadden aan de haven van Buchanan. Volgens het artikel bevatten de leveringen 7.000 dozen munitie voor AK-47's (kalashnikovs), 5.000 raketgedreven granaten en 300 howitzer projectielen.