Indymedia.be is niet meer.

De ploeg van Indymedia.be is verhuisd naar DeWereldMorgen.be waar we samen met anderen aan een nieuwswebsite werken. De komende weken en maanden bouwen we Indymedia.be om tot een archief van 10 jaar werk van honderden vrijwilligers.

[Interview] Van zelfhulp naar bankgeheimen: 25 jaar pionierswerk bij Netwerk Vlaanderen

[Interview] Van zelfhulp naar bankgeheimen: 25 jaar pionierswerk bij Netwerk Vlaanderen

BRUSSEL – Komende zaterdag 1 december 2007 viert Netwerk Vlaanderen zijn 25e verjaardag. Dat wordt gevierd met een groot feest in de Art Cube – de vroegere discotheek Pablo Eskimobar – in Gent. Op het programma staan enkele interessante muziekgroepen, zoals Savana Station en The Slow Club. Tussendoor zijn er theaterstukjes en dansvoorstellingen. En doorlopend zijn er informatiestands, met onder andere enkele mooie videoreportages van Indymedia.

Hugo Wanner.jpg

Samen met Hugo Wanner blikken wij nu alvast terug op de voorbije kwarteeuw. Hugo is sinds 1983 betrokken bij Netwerk Vlaanderen: eerst als vrijwilliger en vier jaar later als deeltijds personeelslid. Al die jaren had hij binnen de organisatie verscheidene jobs. Momenteel is hij deeltijds verantwoordelijk voor de informatica en deeltijds verantwoordelijk voor de kredieten bij Netwerk Rentevrij, een coöperatieve vennootschap met sociaal oogmerk die rentevrije leningen aan initiatieven met een maatschappelijke meerwaarde biedt.

Hoe ging het er een kwarteeuw geleden aan toe? Wat waren de reden voor de oprichting?
‘In de jaren ‘70 startten mensen met allerhande nieuwe initiatieven, maar tegelijkertijd maakte de economische crisis en een gebrek aan regulerend kader en overheidsubsidies het erg moeilijk voor organisaties met een kritische maatschappijvisie om geld bij een bank te lenen. In die context werd in Duitsland ‘Netzwerk Selbsthilfe Berlin’ opgericht. Op een bepaald moment besteedde het televisieprogramma ‘Ommekaar’ er een uitzending aan. Nadien lanceerde men een oproep om hier ook zo’n organisatie uit de grond te stampen. De oproep kreeg gevolg, enkele bijeenkomsten vonden plaats en op 27 juni 1982 werd de vzw ‘Netwerk Zelfhulp Vlaanderen’ opgericht. Nadien viel het woordje ‘zelfhulp’ weg, omdat het voor teveel verwarring zorgde. Maar we kozen toch om de naam min of meer te behouden, hoewel het zeker vandaag niet veel meer zegt en ook al lang de lading niet meer dekt. In de begindagen werkten we enkel met vrijwilligers en provinciale vrijwilligersgroepen, maar momenteel werken we vooral rond campagnes met een secretariaat waar 12 mensen werken. Een hele evolutie.’

Hoe ging het er in die begindagen aan toe?
‘De eerste doelstelling was om nieuwe initiatieven te ondersteunen: zowel adviserend als financieel. De bedoeling was ook om, zoals in Berlijn, een bancair systeem op te richten. Maar omdat we onmogelijk konden voldoen aan de wettelijke vereisten, hebben we die plannen al gauw moeten opbergen. Wel kwam er een solidariteitsfonds, waarin men geld stortte en waarmee wij giften en leningen aan organisaties konden overmaken. Ook toen al informeerden én confronteerden we mensen met de mogelijkheden en misbruiken van geld en hoe het geldsysteem werkt. Door de vele leningen leerden we al gauw op welke manier we het best met de interesten konden omgaan en experimenteerden we met lage interesten en met diverse tarieven. Ook werden er vormingen voor onze eigen vrijwilligers gegeven. Na verloop van tijd zijn we dan nieuwe financiële middelen gaan ontwikkelen, soms ook in samenwerking met banken, zoals het Krekelsparen.’

Een tijdje geleden dat we daar nog iets van hoorden! Vertel er eens wat meer over.
‘Momenteel zijn er 15369 Krekelspaarrekeningen, wat een som van € 164 miljoen vertegenwoordigt. Dat is het cijfer voor heel België, dus samen met onze zusterorganisatie Réseau Financement Alternatif’. In 1984 was ik zelf nog betrokken bij de onderhandelingen met het toenmalige ASLK. De hoofdbedoeling was om spaargelden bij ASLK – die toen nog eigendom van de overheid was – binnen te brengen om voordelige kredieten aan zinvolle initiatieven te kunnen toekennen. Aan de kredietzijde is de bank echter nooit geïnteresseerd geweest. Dus bleef enkel het aanbrengen van spaargelden waarvoor we een commissie kregen over. Bovendien – en daar was onze kritiek op het rentemechanisme – was het een spaarproduct waarbij de mensen zelf konden kiezen om een stuk van de interest te laten vallen. Die konden ze dan schenken aan Netwerk Vlaanderen of aan een organisatie naar keuze uit het Krekelspaarsysteem. Het spaargeld werd dus niet omgezet in kredieten en er werd ook niet gezegd waar dat geld door ASLK in belegd werd. Het ging dus louter om spaargeld waarmee de bank zijn normale financiering bleef doen.'

'In 1990 richtten we daarom een zelfstandig ASLK agentschap op, waarvan de hele portefeuille (zichtrekeningen, termijnrekeningen , kasbons, enz) wel volgens ethische criteria werden geïnvesteerd. De kredieten van dit agentschap behoorden daar natuurlijk ook toe. Het is door het succes van dit agentschap dat deze ethische criteria van toen af ook op alle krekelspaarrekeningen werden toegepast.'

En wat vind je van de kritiek die te horen is op het Krekelsparen, de enige samenwerking met een grootbank, Fortis?
‘Laat me uitleggen hoe het werkt. Voor de bank staat het spaargeld op de passief zijde van de balans. Op de actief zijde vind je de kredieten terug. Nu, als die som geld op een ethische manier belegd moet worden, dan gaat de bank voor dat bedrag niet actief op zoek naar dat soort investeringen. Neen, op een balans die een véélvoud daarvan is, gaan zij kredieten aanduiden die beantwoorden aan die criteria. Ethibel voert hierop een externe controle uit en certifieert die ethische wederbelegging. Zo werkt dat.'

‘Het grote probleem is dat spaarproducten tegenwoordig niet meer genoeg opbrengen voor de banken en ze daarom hun klanten naar beleggingsfondsen lokken: daarop verdient de bank beheerskosten en commissielonen en loopt de balans van de bank zelf geen risico. Momenteel keert Fortis enkel nog een forfait voor het Krekelsparen uit: we worden dus niet méér beloond als er méér spaargeld binnenkomt, maar krijgen enkel een vast bedrag. Het huidig contract loopt volgend jaar af. In de toekomst willen we liefst terug naar een systeem van commissionering en willen we de criteria voor de ethische wederbelegging actualiseren.’

Komen jullie daardoor niet in een lastig parket tegenover Fortis te staan, door zowel zaken van hen te verwachten – stopzetting van wapeninvesteringen – als zaken van hen te moeten bekomen?
‘Dat plaatst ons inderdaad in een moeilijke positie, omdat wij ons de mond niet willen laten snoeren, maar tegelijk afhankelijk zijn van hun inkomsten. In onze campagnes leveren wij kritiek op het mainstreambankieren van alle grootbanken, inclusief Fortis. Dat is één van onze opdrachten en zij weten dat ook. Het is een eigenaardige tegenstelling, die misschien zal botsen. We zullen wel zien wat de komende onderhandelingen opleveren. Maar Krekelsparen blijft volgens ons een inhoudelijk sterk en laagdrempelig product voor de gewone spaarder.’

Werken jullie eigenlijk samen met andere organisaties?
‘Met Triodos Bank werken we samen voor de promotie van hun spaarproducten. Met Trividend en Hefboom, een kredietverlener voor de sociale economie, zitten we samen in VOSEC (Vlaams Overleg Sociale Economie). We werken er gezamenlijk aan een verlanglijstje voor de komende regering. In Europees verband stond Netwerk Vlaanderen aan de wieg van INAISE (International Association of Investors in the Social Economy), een belangen –en uitwisselingsvereniging van organisaties, die met alternatieve financiering bezig zijn. Via hen hebben we contacten met rentevrije spaarbanken in Denemarken en Zweden, waardoor we zelf nieuwe initiatieven zijn gaan ontwikkelen. Voor ons campagnewerk zoeken we dan weer partnerorganisaties in functie van het thema.'

Jullie beschikken vaak over een erg stevige dossierkennis. Hoe slagen jullie daar telkens in?
‘Die stevige dossierkennis hebben we pas kunnen waarmaken op het moment dat we er zijn in gaan investeren en er personeelstijd zijn voor gaan vrijmaken. Het is ook van belang om toegewijde en competente mensen te vinden. Voor heel wat informatie, werken we samen met andere organisaties: dossiers over bewapening deden we bijvoorbeeld samen met vredesorganisaties, met Banktrack, waar internationale informatie ingezameld wordt over banken en met Birmagroepen in Nederland. Soms halen we onze informatie ook bij gespecialiseerde studiebureaus. Daardoor komen we onder andere te weten waarin een bank precies investeert, hetgeen niet terug te vinden is in de jaarverslagen. Dan pas kunnen we richting beleidsbeïnvloeding werken.’

‘Op basis van die sterke dossiers, waarbij we de banken ook steeds ter controle betrekken, hebben we nu bekomen dat ze luisteren naar ons. Het is steeds onze strategie en tactiek geweest om bepaalde zaken uit te kiezen, maar het is niet zo dat wij de agenda bepalen. Wij maken heel bewust een aantal keuzes die onder de mensen leven en waar ook andere bewegingen en organisaties rond actief zijn. Mits een grondig onderzoek kunnen we onze boodschap dan heel scherp brengen. Vandaar dus de keuze voor het thema wapens: mensen zijn gevoelig voor het feit dat hun spaargeld gebruikt wordt om bedrijven die clustermunitie produceren te financieren. Daarmee kunnen we mensen sensibiliseren.’

Als je nu terugblikt op die 25 jaar, waarop kijk je dan het liefst terug?
‘Om toch de belangrijkste realisaties niet te vergeten, noem ik hier de vele honderden initiatieven die we ondersteunen met giften, leningen en adviezen. Ik ben ook trots op de vele nieuwe financiële producten die we ontwikkeld hebben (onder andere het Krekelsparen, het eerste ethische bankkantoor, …) en uiteraard de verschillende campagnes, zoals de Ace Bank en daaraan gekoppeld de stevige dossiers.’

ACE-Bank! We waren het bijna vergeten! Doe ons het hele verhaal nog eens kort.
‘We zochten een originele manier om onze thematiek ‘Wat doet uw bank met uw geld?’ naar buiten te brengen. We bedachten een commerciële strategie van de zogenaamde buitenlandse Ace Bank, een grote onbekende financiële groep. Zij wilden zich in Brussel profileren als informatiekantoor en een marketingonderzoek doen om te zien of het Belgische publiek al rijp was voor dit nieuwe bankconcept. Dat concept kwam er op neer dat het een uiterste transparante bank was die als enige doel had zijn klanten de beste service en het beste rendement te bieden en die zich voor de rest niets aantrok van wat er met het geld gebeurde. Voor ons was dat een nieuwe methode om mensen te kunnen sensibiliseren en mobiliseren rond een inhoudelijk thema en maakte dat deel uit van ons socio-cultureel werk.’

‘We deden alle voorbereidingen in de grootste geheimhouding en omdat nadien niet iedereen op de hoogte was, gebruiken we het concept tegenwoordig nog altijd om voor schoolgroepen onze visie op geld en bankwezen toe te lichten: we voeren het toneeltje opnieuw op en met een aantal spandoeken creëren we terug een beetje de vorm van een bank. Het is soms opvallend hoe weinig geweten het nog is: de mensen gaan vaak voor een stukje mee in ons verhaal. Het toppunt is dat grootbanken zo denken, maar het niet zeggen. Wij wel, met de Ace Bank. Dat is het confronterende van onze techniek. Hoewel een bank niet in de eerste plaats in defensie gaat beleggen, toch stellen ze zich niet de vraag of dat wel kan. Als er met andere zaken meer winst te halen valt, dan zullen ze daar in zitten. Bovendien kunnen een aantal van die beleggingen ook best heel risicovol zijn en daar moet een bank ook rekening mee houden.’

Als ik me niet vergis waren jullie ook bij de eersten om op een aandeelhoudervergadering aanwezig te zijn en er jullie vragen te stellen?
‘Het actiemiddel om van een bepaald bedrijf slechts enkele aandelen te kopen en dan op de aandeelhoudersvergadering met enkele kritische vragen af te komen, was inderdaad ook vrij nieuw! Onze eerste aandeelhoudersvergadering was trouwens bij Barco, een bedrijf dat o.a. beeldschermen produceerde voor de militaire sector. Pas nadien hebben we die techniek ook in de banksector toegepast. Het nut ervan mag zeker niet over roepen worden, maar we hebben wel vragen kunnen stellen en in een aantal gevallen heeft dat onmiddellijke en pertinente antwoorden en zelfs toezeggingen opgeleverd. Maar één van de grootste problemen blijft uiteraard het gebrek aan transparantie vanwege de banken over hun participatie in bepaalde beleggingsfondsen.’

Bestaat er in feite een structureel overleg tussen jullie en de banken?
‘Wanneer wij de banken confronteren met een dossier, worden er afspraken gemaakt en komen er opvolgingsgesprekken. De banken zijn echter geen vragende partij. Wij dienen ons dus als een weliswaar eerlijke gesprekpartner op te dringen. Tijd krijgen om antwoorden te formuleren, is voor zeer grote financiële instellingen dan ook belangrijk. Het zou namelijk niet verantwoord zijn van een bank om een kredietlijn zomaar op te zeggen. Ze moeten de voorwaarden van hun contract volgen. Wat wel kan is het niet vernieuwen van een kredietlijn. Als er bijvoorbeeld op een bepaald moment een aflopend krediet is, dan moeten ze de nodige stappen zetten om het uit hun portefeuille te weren.’

De nieuwe campagne, die door Indymedia al eerder belicht werd, heet ‘Bankgeheimen’. Kan je daar kort even een woordje uitleg over geven?
‘Het belangrijkste is de website, die zich op het grote publiek richt. Hij moet de mensen toelaten om op een zo ‘space’ mogelijke manier te zien waar hun spaargeld naar toe gaat. De mensen klikken hun bank aan en wij leggen bloot in welke financieringen de banken beleggen. De bedoeling van ons onderzoek is de banken te confronteren met enerzijds wat ze wat ze zeggen en anderzijds wat ze doen. Op die manier proberen we hen onder druk te zetten om te doen wat ze zeggen, op een consequente manier. Hopelijk leidt dat tot een verdere aanpassing van hun beleid.'

Slotvraagje: Wat brengt de toekomst op campagnegebied?
'Er ligt nog geen uitgewerkte campagne klaar, maar wat we steeds proberen te doen en wat heel interessant is, is het verrassingseffect! Meer kan ik daar uiteraard niet over zeggen. Bij toekomstige campagnes is het wel de bedoeling om ze meer laagdrempelig te maken: een boodschap zo te verpakken, dat de gewone man in de straat het begrijpt en betrokken wordt. De zaken waarover we spreken hebben vaak behoorlijk complexe financieel-technische aspecten die we met de banken moeten bespreken, maar niet met het grote publiek.'