Indymedia.be is niet meer.

De ploeg van Indymedia.be is verhuisd naar DeWereldMorgen.be waar we samen met anderen aan een nieuwswebsite werken. De komende weken en maanden bouwen we Indymedia.be om tot een archief van 10 jaar werk van honderden vrijwilligers.

Congolese leger blijkt goed gemotiveerd in Rutshuru

Congolese leger blijkt goed gemotiveerd in Rutshuru

Gisteren vanuit Goma naar Kinshasa gekomen. En vanochtend vroeg (we zijn zondag 19 oktober 2008) ben ik gebeld uit Rutshuru. Het Congolese leger, zegt mijn correspondent, heeft de afgelopen dagen in de streek van Tongo “grote gebieden” heroverd op de opstandige generaal Nkunda. Maar nu hebben de troepen het bevel gekregen om zich terug te trekken. De militairen van het regeringsleger (de FARDC) zijn niet tevreden. Maar dat het regeringsleger zich terugtrekt, stemt overeen met de afspraken van het akkoord van Goma (van januari 2008). Congo houdt zich aan die afspraken. Zo heeft het regeringsleger onlangs trouwens ook het kamp van Rumangabo opnieuw kunnen innemen, nadat het dat eerder was verspeeld aan de rebellengeneraal Laurent Nkunda. Nkunda heeft eind augustus het akkoord van Goma verbroken en is zo de oorlog in Oost-Congo herbegonnen.

De uitgestrekte regio Rutshuru ligt ten Noorden van Goma, de provinciehoofdplaats van Noord-Kivu. Samen met de regio Masisi (ten Westen) is het één van de uitvalsbases van de bushfighters van Nkunda. Tongo ligt even ten Westen van Rutshuru. Er is de afgelopen week hevig gevochten tussen het leger en de rebellen.

Deze week is in Noord-Kivu de volksvertegenwoordiger François Gatchaba overgelopen naar Nkunda. “De come-back van Gatchaba”, schrijft de krant L’Avenir in Kinshasa, want Gatchaba behoort tot de RCD. Dat is de politieke partij die voortgekomen is uit één van de grote rebellenlegers van tijdens Congo’s algehele oorlog (1998-2003). Ook Laurent Nkunda komt uit de RCD. Gatchaba heeft dus zijn oude kompaan in de bush vervoegd, “hij verlaat de klandestiniteit”, aldus L’Avenir die ervan overtuigd is dat Gatchaba als député in Goma voor Nkunda heeft gespioneerd. Hij zou niet de enige mol van Nkunda zijn. In Noord-Kivu wordt om een onderzoek gevraagd naar andere hooggeplaatsten die voor Nkunda zouden opereren, of die zich vanwege de oorlog verrijken en er dus persoonlijk belang bij hebben dat de oorlog in Oost-Congo voortduurt.

De mensen in Goma zijn bang voor wat er mogelijk gaat komen. “Als Nkunda de invalswegen uit Masisi en Rutshuru afsluit, en Rwanda sluit de grens, dan is het Kivu-meer de enige uitweg”. Dat zei me een bediende van de Regie der Luchtwegen op het vliegveld van Goma. En een technicus van de luchtvaartmaatschappij Hewa Bora: “Ik kom uit Kisangani. Mijn vrouw en vier kinderen wonen daar. Dan hoef ik ze niet allemaal bijeen te scharen als we zouden moeten vluchten”. Niemand die eraan twijfelt dat Nkunda een pion van Rwanda is en dat hij zonder de steun van Rwanda weinig kan beginnen.

Ik begin me echter af te vragen of Nkunda met zijn militie wel zo sterk ingeplant is op het terrein als veel mensen geloven. Ik heb zelf pas nog geschreven dat hij in Nkunda-land, de gebieden die hij controleert, een eigen administratie heeft opgericht waar elke ochtend de vlag van de CNDP (de politieke arm van Nkunda’s leger) wordt gehesen en waar er nu plantages van koffie, thee en pyrèthre uitgebaat zouden worden. Maar feitelijk heb ik dat ook maar uit rapporten van derden. Stemt dit beeld wel met de werkelijkheid overeen? Of spelen we ongewild mee in Nkunda’s (en Rwanda’s) propagandamolen als we dit beeld blijven voortvertellen, zonder dat definitief is uitgemaakt of het geen hersenschim is? Of een deel van een hersenschim, want wie gelooft dat Nkunda oppermachtig is, gelooft ook dat het Congolese leger een bende losgeslagen vagebonden is die bij de minste schermutseling op de loop gaat. En dat klopt alvast nièt met wat ik nu uit Rutshuru hoor.

De gebeurtenissen aan het legerkamp van Rumangabo, zoals ze mij door correspondenten in Rutshuru zijn verteld, illustreren dat. Rumangabo ligt op de weg van Goma naar Rutshuru en 14 km ten Zuiden van deze laatste lokaliteit. Het kamp is op 8 oktober door de Nkundisten ingenomen. Daarvoor waren deze insurgés (opstandelingen) via het plaatsje Kabaya in de stad geïnfilteerd door mensen om te kopen die misnoegd waren over het wangedrag van sommige militairen. De Nkundisten zouden burgerkleren hebben aangetrokken en zich tijdens een religieuze plechtigheid (tegen de oorlog?) onder de menigte hebben gemengd. De volgende ochtend overvielen ze het kamp. Er was een overmacht van insurgés, maar de FARDC hergroepeerden zich. Ze zouden nog tijdig een deel van de wapen- en munitievoorraden hebben kunnen evacueren. In het ziekenhuis van Rutshuru zouden daarna zo’n 60 gewonde militairen en een aantal gewonde burgers zijn binnengebracht.

De media hebben gemeld dat Roeland van de Geer, de afgevaardigde van de Europese Unie in de Regio van de Grote Meren, dan met Nkunda is gaan onderhandelen. Onder grote druk (van een woedende Congolese bevolking en van de internationale gemeenschap) heeft Nkunda enkele dagen later zijn troepen uit Rumangabo teruggetrokken. Maar hoe chaotisch dat verlopen is, heeft de internationale media niet gehaald. Opnieuw de versie van de correspondenten in Rutshuru. Tijdens hun terugtocht hebben de Nkundisten alles geplunderd wat ze konden. Ze hebben vrachtwagenchauffeurs uit Bunagana gevraagd om de buit te vervoeren. Bunagana is de grenspost tussen Congo en Oeganda (dichtbij het drielandenpunt met Rwanda) waarlangs de transporten van Nkunda naar of van Rwanda gebeuren. Toen de kolonne in Bunagana aankwam, eisten de militieleden van Nkunda hun deel van de buit die was meegebracht door de soldaten die Rumangabo hadden ingenomen. Deze soldaten kwamen volgens onze correspondenten uit Oeganda, Rwanda en Burundi. Dit betekent dat de Nkundisten geen rol van betekenis gespeeld zouden hebben bij de inname van Rumangabo.

Het Congolese leger heeft daarna opnieuw het kamp van Rumangabo overgenomen. Toen het daar controleerde of er geen mijnen waren gelegd, zouden er graven ontdekt zijn waarin de lijken van vijandelijke militairen lagen, onder andere van Soedanezen. Op deze lijken zouden talrijke documenten gevonden zijn die aantonen dat Rumangabo was ingenomen door buitenlandse militairen die zich als Nkundisten voordeden. Deze documenten zijn bij de provinciegoeverneur van Noord-Kivu aan de media getoond. Maar sommige media betwijfelen of ze wel autentiek zijn.

De gevechten in Bunagana (waarvan buitenlandse hulpverleners getuige waren) bevestigen nochtans dat Nkunda in Rumangabo buitenlandse, militaire hulp gekregen heeft.

De eenheden van het Congolese leger in Rutshuru, zeggen de bronnen daar, staan onder leiding van nationalistische officieren (onder meer commandant Mushimba van de 6-de brigade en commandant Masunti van de 2-de brigade) en zouden een te duchten troepenmacht vormen.

“De CNDP van Nkunda heeft nog nooit al vechtend gewonnen, wel met smeergeld, verraad, infiltratie, één of andere magouille. Dat is onze analyse”, zeggen mijn correspondenten. “Les enfants du CNDP sont mal intentionnés, ce sont des Batshokoli, des enfants dérangeurs. Les FARDC sont bien équippées. Mais les autres de déplacent la nuit pour déranger”.
“Ceci n’est pas la guerre de l’Est, ceci est une conquête. Les Congolais à l’Est ont compris cela, mais les Congolais à l’Ouest ne l’ont pas encore compris. La politique joue aussi. Quand les FARDC font des progrès sur terrain, dans les 24 heures qui suivent la communauté internationale exige que les FARDC se retirent à leures positions d’avant les combats. Cela fait mal. La population de Rutshuru est tellement fâchée. Elle est farouche maintenant. Elle n’a plus peur. Dernièrement, elle est parti pour s’en prendre les mains vides aux observateurs et aux militaires de la MONUC. Lors de cette manifestation une autoblindé de la MONUC a été incendié. Les soldats de la MONUC ont tiré dans l’air, ils ont beaucoup tiré, beaucoup. Mais les gens n’ont pas peur. Ils disent à la MONUC: quand les FARDC avancent, vous dites: arrêtez. Cela ne va plus”.

Nog een laatste observatie. Donderdag was de Rwandese president Kagame in Gisenyi. Die Rwandese stad ligt vlak over de grens tegen Goma aan. Volgens een officier van de (Congolese) Garde Républicaine woonde Kagame in Gisenyi een vergadering van de Rwandese regering bij. Ik deed donderdagavond evenwel een andere observatie. Voor het eerst was de drijvende installatie op het Kivu-meer verlicht, waarmee Rwanda methaangas uit het meer oppompt om een elektriciteitscentrale in Gisenyi te voeden. De installatie staat op een vlot op enkele kilometers voor de kust en is met een vlottende pijpleiding met het Rwandese vasteland verbonden. Voor het eerst was er boven de installatie ook een vlam te zien, kennelijk werd er gas afgefakkeld. Ik koppelde Kagame’s aanwezigheid aan het feit dat de methaaninstallatie blijkbaar operationeel was en probeerde uit te zoeken of er een link was.

Zo ben ik op een artikel gestoten van de New Times, een krant in de Rwandese hoofdstad Kigali, over de oorlog in Oost-Congo. Daar stelt men het systematisch voor alsof Nkunda het helemaal alléén moet opnemen tegen een overmacht. De aanhef: “Fierce fighting between Maj. Gen. Laurent Nkunda and a coalition of the Armed Forces of the Democratic Republic of Congo (FARDC), Democratic Forces for the Liberation of Rwanda (FDLR) rebel forces and other smaller militias resumed on Wednesday with the Nkunda forces capturing several hills surrounding the Goma-Rutchuro road”.
Dezelfde formule komt nog drie keer terug: “the FARDC fighting alongside the FDLR”, “a combined force of FARDC and FDLR attacked CNDP in the areas of Mweso and Gashuga” en “FDLR units supporting FARDC”. In het laatste geval beweert de New Times dat het Congolese leger tijdens een militaire topmeeting van afgelopen woensdag beslist heeft dat de “FDLR be given their axes of fighting”. Ofwel heeft de New Times dat verzonnen, ofwel zit er inderdaad een Rwandese mol in die Congolese legermeeting.
Volgens Kigali zijn de FDLR terroristen en génocidaires. Kigali speelt dat argument voortdurend opnieuw uit om de Congolese regering te isoleren. Maar: zo worden wel de rollen van agresseur en agressé omgewisseld. Een beproefde techniek in tijden van oorlog.

raf

Gepost door raf
19.10.2008

Tags