"De Vredesbeweging moet een Europese speler worden"
"De Vredesbeweging moet een Europese speler worden"
vrede vzw11 december 2005 – 18:56
Op de tweede vredesconferentie van het vredesnetwerk hield dr. Peter Strutynski, de drijvende kracht acher de jaarlijkse Duitse Friedensratschlag, een gesmaakte toespraak tegen de militarisering van de EU en de uitdagingen voor de Europese vredesbeweging
Vredesconferentie, Brussel, 10 december 2005
Peter Strutynski, Kassel, Bundesausschuss Friedensratschlag
(Inleiding tot de slotdiscussie)
Beste vredesvriendinnen en –vrienden!
Met het voorleggen van het ontwerp voor een “Europese Veiligheidsstrategie“ door Javier Solana in de zomer van 2003 zijn ook grote delen van de vredesbeweging eindelijk wakker geworden. Met dit “Solana-document” en het vorig jaar door de regeringsleiders en staatshoofden ondertekende verdrag voor een EU-grondwet, zou de Europese Unie zich definitief omvormen tot een gemilitariseerd defensiebondgenootschap en daarmee een gevaarlijke mondiale acteur.
Onze Kritiek op het ontwerp van grondwet richt zich zoals bekend op volgende punten:
(1) Algemene bewapeningsverplichting volgens Art. 41 par. 3 van de EU-grondwet. “De lidstaten verbinden zich ertoe hun militaire vermogens geleidelijk te verbeteren.”
Om dit te verwezenlijken moet er een ‘Europees Defensieagentschap’ opgericht worden. Ook in de ‚Europese veiligheidsstrategie’ worden meer middelen voor bewapening gevraagd:
“Om onze legers om te vormen tot meer flexibele, mobiele strijdkrachten, en om ze in staat te stellen het hoofd te bieden aan de nieuwe dreigingen, zijn meer middelen nodig voor defensie, alsmede een doeltreffender gebruik van de beschikbare middelen.”
(2) Oprichten van een Europees Bewapeningsagentschap, dat ondertussen om cosmetische redenen omgedoopt is tot “Defensieagentschap”. In artikel 41, par. 3 staat er: “Er wordt een agentschap op het gebied van de ontwikkeling van defensievermogens, onderzoek, aankopen en bewapening (het Europees Defensieagentschap) opgericht…” In Artikel III - 311 worden de opdrachten van het Agentschap nauwkeuriger omschreven. In de grond wil men het “uitvoeren van alle nuttige maatregelen om de industriële en technologische basis van de defensiesector te versterken…” voorstellen en bewerkstelligen.
De vrees dat het hier om de oprichting gaat van een soort commandocentrale van het Militair-Industrieel Complex is niet langer meer van de hand te wijzen.
(3) Vastleggen van militaire interventies in de hele wereld en meer bepaald ook de band met de “strijd tegen het internationaal terrorisme”. Van centraal belang is hier het Art III-309, par. 1. Hier worden eerst en vooral de zogenaamde Petersbergopdrachten benoemd, dat wil zeggen, het op een rijtje zetten van de hele waaier van mogelijke doelstellingen van een militair ingrijpen van de Europese Unie:
“De in artikel I-41, lid 1, bedoelde missies, waarbij de Unie civiele en militaire middelen kan inzetten, omvatten gezamenlijke ontwapeningsacties, humanitaire en reddingsmissies, advies en bijstand op militair gebied, conflictpreventie en vredeshandhaving, missies van strijdkrachten met het oog op crisisbeheersing, daaronder begrepen vredestichting, alsmede stabiliseringsoperaties na afloop van conflicten.” Het inzetten van militaire middelen in de strijd tegen het terrorisme was nog niet in de oorspronkelijke Petersbergopdrachten voorzien. In de Grondwet staat er nu evenwel: “Al deze taken kunnen bijdragen tot de strijd tegen het terrorisme, ook door middel van steun aan derde landen om het terrorisme op hun grondgebied te bestrijden.” Met het toevoegen van de “terrorismebestrijding” bij de reeks van militaire opdrachten gomt de Europese Unie de grens weg tussen militaire en politieopdrachten. In een moderne rechtsstaat vormen vervolging en bestraffing van misdadigers (en wat zijn terroristen anders?!) tot nader order een bevoegdheid van de opsporings- en strafvervolgingautoriteiten, met andere woorden van politie en justitie. De strijdkrachten dienen op de eerste plaats te reageren op bedreigingen en in geval van nood om oorlog te voeren. Nu moet het leger plots ook aan terrorismebestrijding doen, waarbij de EU er van uitgaat dat deze strijd zich dikwijls in ‘derde landen’ zal afspelen.
(4) De oprichting van een gemilitariseerd kerneuropa. In Artikel I-41 par. 6 staat er:
“De lidstaten waarvan de militaire vermogens voldoen aan strengere criteria en die terzake verdergaande verbintenissen zijn aangegaan met het oog op de uitvoering van de meest veeleisende taken, stellen in het kader van de Unie een permanente gestructureerde samenwerking in.”
Dat betekent, dat individuele staten van de EU, die “verregaande verbintenissen zijn aangegaan”, gezamenlijk ook vastere militaire structuren kunnen ontwikkelen
Verder staat er: De lidstaten die een “gestructureerde samenwerking” zijn aangegaan, beslissen ook alleen over hun optreden (Art III-312). Als dit Grondwettelijk wordt vastgelegd, leidt ons dit in elk geval tot het vastleggen van militair-interventionistische structuren/politiek binnen de EU. Ook wanneer regeringen van individuele lidstaten daar niet (meer) voor te vinden zijn, dan zullen het nu eenmaal die staten zijn die onder elkaar “verdergaande verbintenissen zijn aangegaan” die beslissen. Het medebeslissingsrecht van de andere staten wordt geweigerd.
Het is inderdaad zo dat de EU sinds geruime tijd talrijke inspanningen heeft ondernomen om tot een ernstig te nemen militaire macht uit te groeien: de overname van het commando in Macedonië (april 2003), de zelfstandige uitvoering (samen met Frankrijk) van een VN-missie in Congo in de zomer van 2003 en de overname van het commando in Bosnië-Herzegovina in januari 2005 zijn voorbeelden voor het feit dat de EU haar in opbouw bevindende militaire capaciteiten wereldwijd denkt in te zetten.
De opbouw van Europese interventietroepen met een totaalsterkte van 80.000 soldaten evenals de beslissing voor de oprichting van 13 “battle Groups“ (zeer mobiele gevechtseenheden van ongeveer 1.500 man, die binnen de vijf dagen inzetbaar moeten kunnen zijn) zorgt er voor dat de EU ook de militaire capaciteiten aanschaft om in andere continenten in gewapende conflicten in te grijpen of – in het nog ergere geval – dergelijke conflicten te veroorzaken.
De Europese Veiligheidsstrategie volgt in de grond het voorbeeld van de ‘Nationale Veiligheidsstrategie’ van de VS (NSS), waarin de doctrine is vastgelegd van een preventieve oorlog, ook wanneer getracht wordt dit met het begrip “pre-emptive measures” te verdoezelen. Hier stelt zich de vraag of een dergelijke strategie, zoals de NSS, verenigbaar is met Art. 51 van het Handvest van de VN. Volgens het principe van de werkelijke feiten, moet er tegenover het uitoefenen van het recht op zelfverdediging een daadwerkelijke gewapende aanval bestaan. Er is een zekere aanvalsintensiteit nodig, d.w.z. grensoverschrijdende troepenbewegingen, blokkades van havens en kust of militaire luchtbombardementen. Als zich dergelijke aanvallen voordoen, dan kan degene die aangevallen wordt zelf militair geweld gebruiken, om te verhinderen dat de agressor zijn aanval verder zetten kan.
Dat betekent dat een militaire actie die een vijandige aanval wil tegengaan, conform is met het principe zoals dat in Art.51 van het Handvest staat geformuleerd. Dat ook de VS zich tot nu formeel aan dit principe van het VN-Handvest onderwerpen, wordt duidelijk aan het feit dat officieel zowel de aanval tegen Afghanistan alsook die op Irak niet gebeurd zijn op basis van de NSS.
Qua doelstellingen wijkt de Europese Veiligheidsstrategie niet af van de NSS. Integendeel, de overeenkomsten tussen beide denkrichtingen zijn niet over het hoofd te zien. Beide sluiten ze preventieve en “pre-emptive” tussenkomsten niet principieel uit. Zeker is wel dat de visie van de Europese Veiligheidsstrategie breder opgevat kan worden omwille van de focus op andere uitdagingen voor de Europese veiligheid zoals armoede, honger, ziektes, schaarser worden van natuurlijke grondstoffen en migratie. Maar de politieke consequenties om die veiligheid te kunnen garanderen ondanks deze met globalisering verbonden processen, worden niet gethematiseerd/uitgewerkt. Ondanks het feit dat in de analyse, ontwikkeling genoemd wordt als een voorwaarde voor veiligheid, laat de Europese Veiligheidsstrategie dit in de geformuleerde doelstellingen helemaal achterwege. Zodat dit document uiteindelijk een uitsluitend militaire invulling van het begrip “veiligheid” meekreeg.
Het is jullie natuurlijk ook bekend, dat naast de pogingen tot militarisering van de EU, er ook volop getracht wordt de Economische Unie op zuivere neoliberale leest te schoeien.
Van de “sociale markteconomie” die bij het opstellen vernoemd werd, blijft in het grondwetswerk niet veel meer over. Alles wordt veel eerder ondergeschikt gemaakt aan een abstracte economische groei en aan de verbetering van de concurrentievoorwaarden voor de bedrijfswereld. De Strategie van Lissabon om van Europa tegen 2010 de economische wereldleider te maken, komt opvallend goed overeen met het militaire programma om eveneens tegen 2010 over de mogelijkheden te beschikken om wereldwijd tussenbeide te komen en aan te vallen.
Op basis van de principes van de “Europese Veiligheidsstrategie” ontstond het zogenaamde “European Defence Paper” (EDP), een studie van het Instituut voor Veiligheidsstudies (Parijs) in opdracht van de Europese Raad. Dit EDP overloopt gedetailleerd over 140 bladzijden de ontwikkeling van toekomstige oorlogen van het Europese imperium. Ook de daaruit voortspruitende militaire scenario’s zijn er uitgebreid in uitgewerkt. Ik geef een voorbeeld:
“In de staat X aan de Indische Oceaan hebben antiwesterse elementen de macht gegrepen. Ze gebruiken olie als wapen, verdrijven westerse burgers en vallen westerse belangen aan. Daarbovenop zijn ze begonnen met de inval van buurland Y, wiens regime pro-westers georiënteerd is en dat een centrale rol speelt in het vrijwaren van de olietoevoer naar het Westen… De EU komt samen met de VS tussenbeide met een sterke strijdmacht, om land Y te steunen en de eigen belangen te beschermen… Het militaire doel is om het bezette land te bevrijden en controle te krijgen over een deel van de olie-infrastructuur, pijplijnen en havens van land X… De EU-bijdrage bestaat uit 10 brigades ( 60.000 soldaten). Deze strijdmacht wordt versterkt met 360 gevechtsvliegtuigen, en 2 maritieme eenheden: 4 vliegdekschepen, 16 amfibieschepen, 12 duikboten, 40 oorlogsschepen, 2 commandoschepen, 8 logistieke ondersteunende schepen en 20 patrouilleboten.” (blz 84)
De EU en in het bijzonder de grote lidstaten zoals Frankrijk, Groot-Brittannië en Duitsland, proberen sinds het einde van de Koude Oorlog niet alleen een steeds grotere rol te spelen op politiek-economisch vlak maar ook op wereldpolitiek vlak. De algemene opvatting dat internationale politieke macht gekoppeld is aan militaire sterkte heerst nog steeds. Vandaar de geforceerde pogingen om de EU een gemeenschappelijk Buitenlands- en Veiligheidsbeleid en meer bepaald Veiligheids- en Defensiebeleid te doen voeren. De grote motivatie voor deze pogingen - ook al zal dat meestal door politici ontkend worden - is de potentieel verscherpende concurrentie met de Verenigde Staten zowel op economisch als op geostrategisch vlak. ‘Op gelijke hoogte’ als de VS kunnen onderhandelen, kan blijkbaar enkel door de versterking van de bewapening en de bundeling van de Europese bewapeningscapaciteiten.
Dit project is naar mijn mening om twee redenen gedoemd te mislukken:
Ten eerste heeft de militarisering van de Europese Unie zowel externe als interne gevolgen. Een voorproefje hiervan zagen we tijdens de oorlog in Irak toen 8 Europese staats- en regeringshoofden hun getrouwheidsbrief aan Bush schreven - tegen het oorlogswantrouwen van de overige Europese staten in (en natuurlijk tegen de mening van de meerderheid van de eigen bevolking).
Het is toch zo: Die “nieuwe” Europeanen uit het Oosten zien in de militaire alliantie NAVO, en uiteindelijk dus in de VS, een garantie voor hun schijnbaar nieuwe onafhankelijkheid die het huidige militaire (nog) zwakke Europa hen zogenaamd nog niet kan geven. Polen is daar het beste voorbeeld van: zelf zeer arm, stuurt het mettertijd ongeveer 1.500 soldaten voor de bezetting van Irak. Kosten tot nu toe: 200 miljoen dollar. Bij de bevolking is de deelname aan de oorlog zeer onpopulair. Dus hebben alle partijen beloofd, ook de huidige partij “Recht en Gerechtigheid” die aan de macht is, om de Poolse troepen uit Irak terug te trekken. Deze week was de Poolse minister van Buitenlandse Zaken, Sikorski, in Washington. Gevolg van de reis: Polen blijft in Irak. Over de verwachte tegemoetkomingen van de VS aan de Poolse medewerking aan de oorlog wordt in het openbaar het stilzwijgen bewaard. Of het Witte Huis zich tegenover Polen even gul zal tonen zoals in het geval van de gewillige Iraakse krantenredacties is onwaarschijnlijk, temeer omdat de VS met hun eigen staatsdeficit, en wegens de dalende steun van de eigen bevolking zelf in moeilijkheden geraken om de oorlog op hun manier verder te zetten.
Er is niet veel verbeelding nodig om in te zien dat de militarisering van de Europese Unie eerder een coherente gemeenschappelijke buitenlandse politiek zal verhinderen dan bevorderen.
Ten tweede: Op het ogenblik dat de Europese Unie zich aan het uitbreiden is in oostelijke en zuidelijke richting, zijn tegelijk alle inspanningen voor een gelijkschakeling van de arbeids- en levensvoorwaarden van de nieuwe lidstaten gericht op het model van de oude lidstaten. Kijk nu even naar het aantal werklozen in Polen. Die bedraagt ongeveer 20% waaronder alvast 50% jongerenwerkloosheid! Wie zal deze problemen oplossen wanneer Polen gedwongen wordt zijn inspanningen voor defensie te verhogen en zijn militaire structuren in overeenstemming te brengen met de NAVO? En dat met een in de toekomst geringere Europese bijdrage voor landbouw en structurele hervorming, terwijl voor de opbouw van militaire structuren en het uitvoeren van toekomstige Europese militaire missies wereldwijd eveneens middelen zullen moeten vrijgemaakt worden.
Alleen wanneer de EU als een civiele macht optreedt en er zich op toelegt om de economische en sociale problematiek van het Europese uitbreidingsproject aan te pakken, heeft ze ook een kans om op lange termijn haar politiek gewicht in de weegschaal van de wereldpolitiek te werpen.
Het gaat hier dus om de ontwikkeling van een strikt civiele buitenlandse – (en veiligheids-) politiek. Het mislukken van het ontwerp voor een grondwet door de referenda in Frankrijk en Nederland was in Europa op politiek gebied de belangrijkste gebeurtenis van de afgelopen jaren en een uitstekend succes van de kritische stemmen tegen de globalisering. Daarmee openen zich onverwachte nieuwe mogelijkheden voor de vredes- en andere sociale bewegingen. Het is niet te laat om Europa van het pad van de militaire dwaling af te leiden en terug op het pad van het civiele te brengen.
Van de politieke klasse in Brussel en van de lidstaten van de Europese Unie verlangen we dat ze stoppen met het militariseren van de Europese Unie. Om te komen tot onze doelstelling van een vreedzaam, democratisch en sociaal rechtvaardig Europa, hebben we geen nood aan een Veiligheids- en defensie-unie noch aan een Europees leger. We geven daarom onze steun aan Europese acties die zich richten tegen de militarisering van het continent. We verwerpen de poging om het mislukte ontwerp voor de grondwet met zijn militaire ambities toch nog door te zetten. De nieuwe Duitse regering, een monstercoalitie van CDU en SPD, heeft zich tot doel gesteld om het ratificeringproces in 2007 weer op de rails te zetten. Dat zullen we niet toelaten. We verzetten ons tegen de feitelijke militarisering zoals uitgetekend in de grondwet. De demonstraties en acties, die wij traditioneel in Duitsland rond Pasen doorvoeren zullen volgend jaar in het teken staan van de Europese verstandhouding en de demilitarisering. Dat heeft het bestuur van de Duitse Friedensratschlag verleden weekeind in Kassel beslist.
Tijdens deze ontmoeting van de Duitse vredesbeweging werden nog verdere afspraken gemaakt. Ik zal die ook meedelen aangezien ik meen dan jullie discussies en plannen dezelfde kant opgaan.
We verlangen een koerswijziging naar een vooruitblikkende vredespolitiek, die gericht is op ontwapening en het oplossen van de oorzaken van de oorlogen. Alle pogingen om de wereldproblemen op militaire wijze op te lossen, zijn immers mislukt, ten koste van veel slachtoffers. De Bundeswehr levert op dit ogenblik het grootste nationale contingent voor de buitenlandse operaties van de EU en NAVO.
In plaats van vrede en ontwapening na te streven, gaat de Duitse regering verder door op het ingeslagen pad: Duitsland als zwaar uitgeruste militaire macht met wereldwijde militaire ambities. Dat blijkt althans uit het coalitieakkoord tussen CDU, CSU en SPD. De toenadering tot de VS-oorlogspolitiek tegen Irak, de offensieve formulering van geostrategische doelstellingen buiten de NAVO-invloedssfeer en het verder zetten van miljarden kostende bewapeningsprojecten voor operaties van de Bundeswehr wijzen duidelijk op een verharding van het Buitenlands- en Veiligheidsheidsbeleid.
We zullen in verschillende steden actie voeren om ons protest tegen de Irak-oorlog en onze eis tot een terugtrekking van de bezettingsmacht, kracht bij te zetten o.a. tijdens de derde verjaardag van het begin van de oorlog op 20 maart. We willen daarbij wijzen op het enge verband tussen de Irak-oorlog en de beslaglegging op de Irakese oliereserves door de VS.
In dit verband wil ik graag iets kwijt over de ontvoering van Susanne Osthoff, waarover u waarschijnlijk gehoord hebt. Wie er ook achter die ontvoering zit. De gijzeling is een duidelijke waarschuwing aan het adres van de nieuwe Duitse regering om de nauwere samenwerking met de VS nog eens goed te overwegen en de ondersteuning van de Irakese overgangsregering op te geven. Anders zal Duitsland net als de VS, Groot-Brittannië, Italië, Polen, Japen en de andere staten die direct bijdragen tot de militaire bezetting van Irak, beschouwd worden als een “Oorlogsvoerende partij”.
Ik maak me echter niet alleen zorgen om Susanne Osthoff. In dezelfde periode werden immers ook een Amerikaan, een Brit en twee Canadezen ontvoerd.
Ze behoren tot de vredesorganisatie "Christian Peacemaker Teams" en zijn sinds 2002 in Irak. Ze hebben zich ondermeer ingezet voor de rechten van de gevangenen en gewezen op de zeer slechte situatie in de gevangenenkampen van de VS nog voor de media Abu Ghraib ontdekten. Tom Fox, Norman Kember, James Loney und Hameet Singh Sooden hebben nooit verheeld dat ze de Irak-oorlog veroordelen en in de buitenlandse bezetting een wezenlijke oorzaak van de terreur en de toenemende criminaliteit zien. In een verklaring van Christian Peacemaker Teams van vorige week woensdag (30.11.2005) heet het “We zijn woest omdat wat onze collega's is overkomen een gevolg is van de daden van de Amerikaanse en de Britse regering, van hun illegale aanval op Irak en van de voortdurende bezetting en onderdrukking van het Irakese volk”.
Daarom zeggen we bij ons in Duitsland: de regering moet elke steun aan de oorlog (logistiek, opleiding van Iraakse “veiligheidstroepen”, enz) stopzetten.
De VS-regering is bezig nieuwe oorlogstonelen in Syrië en Iran in de rails te zetten. We zullen de publieke opinie daarover informeren, om mogelijke nieuwe oorlogen te verhinderen. De door Bondskanselier Merkel geplande nauwere samenwerking met de Bush-administratie is niet te verzoenen met onze vredesverantwoordelijkheid. We ondersteunen de protesten tegen de “NAVO-veiligheidsconferentie” die op 3 en 4 februari plaats zal vinden in München en roepen op tot deelname.
Om het overleven van de mensheid veilig te stellen, moeten - zeker gezien de toename van het aantal staten met kernwapens - de atoomwapens de wereld uit. We verzetten ons in het bijzonder tegen de nieuwe nucleaire First Strike strategie van de VS. Wie van andere staten verlangt dat ze geen atoomwapens ontwikkelen en hen daarbij met sancties en oorlog bedreigt, moet ook zelf werk maken van concrete stappen tot nucleaire ontwapening. Enkel wie zelf stappen zet inzake nucleaire ontwapening, kan van anderen ontwapening verlangen. Zestig jaar na Hiroshima en Nagasaki is een duidelijk neen tegen atoomwapens en het mogelijke gebruik daarvan door de VS meer dan ooit nodig. De op Duits grondgebied gestationeerde VS-kernwapens moeten teruggetrokken worden. Het is ook belangrijk dat Duitsland afziet van elke nucleaire deelname.
Wij eisen dit tegen de achtergrond van het gebruik van het Duitse grondgebied als draaischijf voor CIA-acties en VS-oorlogsoperaties. Wij schamen ons voor de behoedzaamheid van de Duitse Kanselier en Minister van Buitenlandse Zaken met betrekking tot de folteraffaire van de CIA. Neen, men mag zich in Europa niet laten afschepen door de drieste leugens van Condoleezza Rice. Foltering en ontvoering zijn geen vergissingen: er zit systeem achter.
Ondanks de besparingen op veel domeinen door de Grote Coalitie, wordt er in de militaire begroting niet geknipt. We willen dat aan de kaak stellen en ontwapening in plaats van sociale afbraak eisen. Wij willen de maatschappelijke krachten in Duitsland, die mobiliseren tegen afbraakpolitiek en werkloosheid, wijzen op het verband met de bewapeningspolitiek.
Het is belangrijk samen te werken met andere sociale bewegingen, zoals de vakbonden, de Sociale Fora, ATTAC en de politieke initiatieven tegen de sociale kaalslag. We werken mee aan het doorzetten van (vredes)alternatieven in Duitsland en in Europa.
Terreur en Crimineel geweld kunnen niet met militair geweld en oorlog worden bestreden. De “oorlog tegen de terreur” is zelf een vorm van terreur en wakkert de geweldspiraal nog verder aan. Op binnenlands vlak leidt die strijd steeds meer tot de afbouw van de democratische grondrechten. Geen enkele regering heeft het recht om in strijd met het verbod op geweld van het VN-Handvest, oorlogen te voeren om zijn machtspolitieke en economische belangen te verdedigen daar waar dat haar nodig lijkt. Wij eisen de terugtrekking van Duitse troepen uit operaties in het buitenland.
Veel van wat in Kassel werd beslist, is niet beperkt tot de situatie in Duitsland. De oorlogspolitiek van de VN en de EU, waarvan zowel jullie land als het mijne lid is, gaat ons beide evenveel aan. Daarom zouden we er moeten over nadenken en stappen ondernemen om onze krachten in Europa te bundelen en gemeenschappelijke acties te ontplooien. Wat de beweging van de Sociale Fora voor elkaar gekregen heeft, zou een voorbeeld voor de Europese vredesbeweging moeten zijn.
Samen tegen bewapening, oorlog en interventie - voor vrede, mensenrechten en sociale rechtvaardigheid.
Nieuwslijnmeer

- Indymedia.be is niet meer
- Foto Actie holebi's - Mechelen, 27 februari
- Lawaaidemo aan De Refuge te Brugge
- Recht op Gezondheid voor Mensen in Armoede
- Carrefour: ‘Vechten voor onze job en geen dop!’
- Afscheid van Indymedia.be in de Vooruit in Gent en lancering nieuw medium: het wordt.. DeWereldMorgen.be
- Reeks kraakpanden in Ledeberg met groot machtsvertoon ontruimd
- Forum 2020 en de mobiliteitsknoop
- Vlaamse regering kan niet om voorstel Forum 2020 heen (fietsen)
- Fotoreportage Ster - Studenten tegen racisme
In de voorlaatste alinea
Vrede, 13/12/2005 – 14:22
In de voorlaatste alinea staat een (niet zo onschuldige)foutje. het moet worden "De oorlogspolitiek van de VS en de EU..." (VN wordt dus VN)